zen, maar zijn ouders zagen hem liever in het drukkersvak. Hij volgde een 3-jarige opleiding (hij deed er 2 jaar over) aan de grafische school in Amsterdam, behaalde het patroonsdiploma boekdrukken en verdiepte zich tijdens zijn mili taire diensttijd in het offset-drukken, dat toen in opkomst was. Daarna kwam hij bij Lakenman en Ochtman terecht. „Het was een bedrijf met zoveel mogelijkheden," vertelt hij, „toen ik kwam hadden we 35 man personeel, later uitge groeid tot 65 man personeel. Ik kreeg de gele genheid om managementscursussen te volgen en in 1976 werd me gevraagd om adjunct-direc teur te worden. De heer M. Doeleman HJzn, directeur van Zeelandia en commissaris-aandeel houder van de drukkerij, gaf mij volop ruimte om de zaak te ontwikkelen. Ik vond hem een zeer sociaal-voelend mens. Hij wist zich sterk ver bonden met de Zierikzeesche Nieuwsbode en Schouwen-Duiveland. Scheppen van werkgele genheid in de regio, lag hem na aan het hart. De ZZN was een zelfstandige N.V., die haar krant liet vervaardigen bij drukkerij Lakenman en Ochtman. Kort na de oorlog deed het Algemeen Dagblad een poging om de Zierikzeesche Nieuwsbode over te nemen. M. Doeleman zette het AD schaakmat, door het merendeel van de aandelen van de 'Nieuwsbode' op te kopen. De familie Doeleman voelde zich emotioneel betrok ken bij de krant. Toen Doeleman senior was overleden, deed de Provinciale Zeeuwse Courant een nieuwe poging om de 'Nieuwsbode' in han den te krijgen. De volgende generatie Doeleman reageerde echter even afwijzend: men dacht er niet aan om de krant op te laten slokken." Het uitgeven van een regionale of lokale krant is en blijft een marginale zaak. Zo was dat ook met de Zierikzeesche Nieuwsbode, een abonneekrant, die vier maal per week verscheen op een betrek kelijk klein gebied als Schouwen-Duiveland. Van 't Leven: „De verschijningsfrequentie van 4 maal per week van de 'Nieuwsbode' was uniek, niet alleen in Nederland, maar in heel Europa. Op een gegeven moment, in de zeventigerjaren, lie pen we .technisch gezien, enigszins achterop. Met name het drukken van de extra editie gaf problemen, we konden de boel niet meer behap pen. We moesten investeren in techniek. Er werd een offset pers aangeschaft en het hele zetsys teem werd omgegooid. Naast het huis-aan-huis- blad de Nieuwsbode Extra werden de Nederlands- en Duitstalige badkrant in de markt gezet. De tekorten op 'Zierikzeesche' konden opgevangen worden met de positieve resultaten, die de gratis nieuwsbladen opleverden. Het geld dat verdiend werd, is altijd binnen het bedrijf gelaten, daarom konden we sterk staan." De Zierikzeesche Nieuwsbode kon rekenen op een kleine vijfduizend betalende abonnees. Verder werd de krant bij voorkeur 'samen gele zen'. Een vriendelijk, sociaal gebeuren, maar slecht voor de krant. Er zijn straten op Schouwen, waar de krant van huisje tot deurtje ging en vervolgens met z'n allen het abonne ment betalen. „Je spreekt mekaar ook nog eens, als je de krant brengt..." Deze cultuur bleek funest voor de Zierikzeesche Nieuwsbode, plus dat de meeste mensen toch de voorkeur geven aan een landelijk of regionaal dagblad. De afge lopen tijd stond de uitgeverij opnieuw voor hoge investeringen vanwege het vernieuwen van de rotatiepers. Adverteerders mikken op huis-aan- huisbladen, zoeken andere wegen. De abonnees vergrijzen, er is afname er komen geen nieuwe bij. Opeens valt het doek voor de Zierikzeesche Nieuwsbode. Een schok voor de eilandbewoners, want nieuws was pas 'echt waar en bevestigd' als je het in de 'Nieuwsbode' had gelezen. Dan nog maar niet te spreken van de familie-adver tenties, die op zichzelf al voor geschiedschrijving zorgden. Er is een eind gekomen aan 154 jaar regionale nieuwsvoorziening. Het lijkt erop, dat adverteerdersbelangen mede de persvrijheid ver maalden. „De pluriformiteit binnen de regionale pers zal verdwijnen," meent Dies van 't Leven. „Voorheen hielden ze elkaar scherp, de 'Zierikzeesche' en de PZC. Het nieuws van twee kanten horen en beoordelen is altijd beter. Dat ga je missen straks, evenals het kleinschalig nieuws." Zierikzee, 4 mei 1998, B. Romijn - de Raat 8

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1998 | | pagina 36