BRAND! In het boekje Schouwens Westhoek zoals het was staan op de bladzijden 85 en 86, foto's van de kerkbrand te Burgh. De teksten hierbij zeggen onder andere: Op donderdag 25 sep tember 1924 omstreeks kwart over negen 's morgens raakte door onachtzaamheid van de Burghse smid-loodgieter, die een lekkage aan het dichten was en thuis even koffie was gaan drin ken, een goot aan de zuidzijde dichtbij de toren in brand. Het was spoedig groot alarm: emmers, ladders, om in oude brandweertermen te spreken. Door de zuidenwind stond de kerk spoedig in lichter laaie. Links gedeelte van het gebouw Burghs vroeger gemeentehuis, rechts Café Craafeiland. Mannen en kinderen bij een verzameling blusmateriaal. Rechts op de foto een brandspuit, vermoedelijk die van Burgh. (Foto: privé-collectie W.P. de Vrieze) Burgh had toen nog slechts een brandspuit zoals bijna alle dorpen op het eiland. De foto, na afloop van de brand genomen, met mannen en kinderen bij een armzalige verzameling blusma teriaal van tonnen, emmers en bekkens, toont ook een brandspuit vermoedelijk die van Burgh. Met man en macht waren emmers water in de tonnen gekiept met daarin de aanzuigslang. 'De motorspuit van Haamstede assisteerde', gaat de tekst op bladzijde 85 verder. Dit is niet geheel juist. Haamstede assisteerde natuurlijk wel, maar had maar een gewone handbrandspuit (merk Bicker?) waarmee de huizen aan de noordzijde van de Kerkring nat werden gehouden. De ramp was groot, de torenspits en het dak stortten vol ledig in, het orgel en de preekstoel gingen, teza men met de kort te voren gerestaureerde gebrandschilderde ramen, geheel verloren. Eveneens de monumenten ter herinnering aan de ambachtsheren van Burgh; leden van de families De Huybert en Van Hoorn. Alleen de muren van de toren bleven overeind. Eerst zes jaar na de desastreuze brand te Burgh kreeg Haamstede in 1930 zijn eerste gemotoriseerde bluseenheid. Want in 1930 leverde de Firma Voigt uit Amsterdam een Metz-motorspuit, gemaakt in Karlsruhe. Misschien kwam men ook mede tot deze aanschaf door het dramatisch afbranden van het historische Leidse stadhuis, in de strenge winter van 1929. In het Nationaal Brandweermuseum te Hellevoetsluis is een groot aantal ouderwetse brandspuiten te zien, alle gebaseerd op de uit vinding van de Amsterdammer Jan van der Heyden (1637-1712), die als eerste de zuigpers- pomp ontwikkelde. Een dergelijke ouderwetse twee-wielige spuit uit omstreeks 1885, te bewonderen in het Streekmuseum Goemanszorg te Dreischor, werd door de toenmalige gemeente Noordgouwe aangekocht en geleverd door de Koninklijke Fabriek van Brandspuiten H. Beider Co aan de Weteringschans te Amsterdam. Tot voor kort of vlak na de Tweede Wereldoorlog werden dergelijke zuigperspompen gebruikt, zo ook deze te Noordgouwe. Na 1961 werd deze van de nieuwe gemeente Brouwershaven, waar die tot twee jaar geleden stond in de kantine van de brandweerkazerne alvorens naar het Streekmuseum te verhuizen. Niet alleen in Amsterdam en Rotterdam stonden brandweer- Brandspuit uit het Streekmuseum Goemanszorg te Dreischor. (Foto redactie) 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1998 | | pagina 70