Lande, in 1991 als voorzitter. Ook werd hij voor allerlei ander bestuursfuncties gevraagd. Hij werd benoemd als penningmeester van de beeldende kunststichting Forum in Middelburg, penning meester van de Nederlandse Genealogische Vereniging in Amsterdam, bestuurslid van de Federatie van Onderlinge Verzekeraars en voor zitter van een sectie van die groep, bestuurslid van het Nederlandse Brand Preventie Instituut, adviseur van de Stichting Streek- en Landbouwmuseum Schouwen-Duiveland, secre taris/ penningmeester van de Stichting Goemanszorg Beheer in Dreischor, bestuurslid van de Commissie Zeeland Bond Heemschut en 'last but not least', secretaris van de Stichting Renesse, een stichting die o.a. woningen beheert en gelden beschikbaar stelt voor goede doelen op Schouwen-Duiveland. Het meest verknocht lijkt hij toch aan Stad en Lande te zijn. Vanaf 1984 actief voor deze vereni ging en vanaf 1991 voorzitter. In 2000 wil hij die functie neerleggen. "Ik vind het ongezond, als iemand te lang op een plek blijft hangen in een bestuur. Ik weet wel dat iedereen zegt, dat het goed gaat, maar niettemin is het gezonder, als er eens een nieuw gezicht verschijnt. Ik ben van plan mijn activiteiten te verleggen, wantje moet constant alèrt blijven in een dergelijke functie. Onlangs ben ik lid geworden van de monumen tencommissie van Stad en Lande en daarin hoop ik voorlopig mijn steentje te kunnen bijdragen." Wat bezielt iemand, om het grootste deel van zijn vrije tijd op te offeren aan een algemene zaak, die bovendien niet door iedereen wordt gewaardeerd en in een aantal gevallen zeker niet in dank wordt afgenomen? Voor alle duidelijk heid: de vereniging werkt louter met vrijwilligers. Zijn gedrevenheid, om de zaak van de Vereniging Stad en Lande van Schouwen- Duiveland te verdedigen motiveert hij zo: "Ik vind het belangrijk, dat ons cultureel erfgoed in stand wordt gehouden. De schoonheid van oud onroerend goed inspireert mij. Ik voel mij er zeer bij thuis, misschien omdat de vormgeving niet recht en strak is. Ik heb altijd de drang om het weer mooi te maken, als het in verval is geraakt. Het moet weer in orde komen. Dat zelfde heb ik met stukken natuur, specifiek met Zeeland. Ik heb een sterke affiniteit met de zee, het water en het open landschap. Ja, ik redeneer vanuit een gevoel. Vind het belangrijk dat er dingen bewaard blijven. Het zal me niet verbazen, als Schouwen-Duiveland nog eens tot nationaal monument wordt uitgeroepen, zodat het abso luut groen kan blijven. Als je dat goed reguleert, kan dat best. Je hebt een visie, een mening en die moetje tactvol brengen. De plannen, die je hebt, komen anderen niet altijd goed uit. Als je iemand aan zijn boterham komt, wordt het moeilijker. Als vereniging geven we open en eerlijk onze mening. Het is zelden, dat we met mensen per soonlijk in het geding gaan. We werken altijd via een openbaar lichaam. De andere partij is dan altijd in de gelegenheid om het eigen standpunt in te brengen. De Vereniging Stad en Lande groeit nog steeds, veel mensen zijn blij met onze kritische stem en geven daar blijk van door lid te worden. Ook individueel krijg ik veel respons, mensen die even laten merken, dat ze blij zijn, dat de Vereniging bestaat." Dreischor, januari 1999 B. Romijn - de Raat 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1999 | | pagina 23