RECTIFICATIE LEDENBESTAND Smulpartijen De aandeelhouders werden participanten ge noemd. De Noordwelse stoof was opgedeeld in zestien delen (parten). Wie had er een part? Cir ca 1855 waren de volgende personen partici pant: mejuffrouw J. C. Hoogenboom, Jan Jakob Hogerland, Jakob Hoogenboom Bzn. (twee par ten), Job Adriaan Bolle (twee parten), Huibrecht Moolenburgh, Paulus Dobbelaar Halffman, Lieven Leendert Bolle, Cornelis Boogerd, Jakob Jan Hoogenboom, wed. Bartel Locker de Bruijne, Daniël Verseput Czn. (twee parten), J. Schalkwijk en Joost de Kater. Aandeelhouders die vóór dezen een part hadden waren: weduwe Willem Hoogenboom, Leendert Hogerland, Marinus Vis, Cornelis Verseput, Jan Hoogenboom, Mathias de Lange Cats en mejuffrouw A. Dekker. Jaarlijks, soms tweemaal per jaar, werden de participan ten uitgenodigd om in aanwezigheid van de boekhouder de balans op te maken. Bij toerbeurt werd een participant aangesteld om de boek houding van de stoof te (laten) verzorgen. Dan "deed men de rekening" en het "doen van de opwigte". Voor de herbergier zal dit een leuke verdienste geweest zijn. Bijvoorbeeld in 1826 nuttigden de participanten voor bijna 125 gul den aan drank en spijzen (waaronder kabeljauw) in de herberg van Marinus de Vos. In 1856 was dit ruim 136 gulden. Er waren 16 participanten, dus per persoon werd voor ca. 8 gulden ver bruikt. Ter vergelijking: De onderman verdiende 5 gulden en 8 stuivers per week. Men liet het zich dus goed smaken! Er zullen ook participan ten geweest zijn die in meer dan één stoof hun aandeel hadden. Deze lieten het zich nog meer smaken. Ecoteelt? De in 1997 ingerichtte heemtuinen van het Ecoscope te Renesse zijn opgesierd met een perceeltje meekrap. Deze 'demonstratietuin' geeft ons een beeld van wat eens de meekrap teelt was. Toch is dit een demonstratieve teelt. Mogelijk zou in het kader van streekeigen cul turen aan een groter stuk gedacht kunnen wor den. Op verschillende rassen rust octrooi en deze is projectmatig gezien moeilijk te bekosti gen. Misschien kan de Stichting Renesse hierover eens worden benaderd? Henk W. Dalebout Met vriendelijke dank aan de heren H. ten Böhmer, beheerder Nationaal Museum Histori sche Landbouwtechniek te Wageningen en W. P. de Vrieze te Burgh-Haamstede. Belangrijkste geraadpleegde bronnen - Gemeentearchief Schouwen-Duiveland, Archieven gemeente Noordwelle, inv.nrs. 535-540 (archief van de meestoof Welland) Noot M.H. Wilderkom, Tussen afsluitdammen en Deltadijken. Noord-Zeeland II, Middelburg, 1964 In het voorgaande nummer is de straatnaam van briefschrijver T. Vink te Zoetermeer foutief vermeld. Deze moet zijn: Nadinegang 105. Nieuwe leden Dhr. J. van Duivendijk te Nijmegen Fam. H. F. Hordijk te Bruinisse Dhr. ir. G. Schoots te Burgh-Haamstede Fam. L. C. Schults te Zierikzee Dhr. J. F. G. Simons te Burgh-Haamstede Dhr. C. W. Veerhoek te Burgh-Haamstede 20

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1999 | | pagina 22