10 werd een commentaar van ons ingediend. Geen van deze ontwikkelingen heeft overigens wijziging gebracht in ons standpunt, dat de westelijke groene schil van Zierikzee zo min mogelijk bebouwd behoort te worden. De druk van gemeentezijde om deze wel te bebouwen - en liefst met forse gebou wen - blijft onverminderd aanhouden. Het compensatiegebied Rampweg Mede door het verzet dat van locale zijde werd uitgeoefend tegen de gemeenteplannen om in het kader van de Regiovisie-West het lage, vlak achter de duinen gelegen landbouwgebied aan de Rampweg tussen Helleweg en Scharendijke grotendeels te bestemmen voor de aanleg van een drietal campings, liet ook de Vereniging bij monde van onze commissie een afwijzend geluid horen. Onze bezwaren richten zich niet zozeer tegen het feit dat dit gebied (al betrekkelijk lang geleden) is bestempeld tot compensatiegebied voor enige campings die uit het duingebied bij Renesse moesten verdwijnen, als wel tegen de locatie daarvan in het aangewezen gebied zelf. Tegenover de Commissie RO/EZ van de gemeente raad brachten wij naar voren dat deze campings zoveel mogelijk in het zuidelijk gedeelte van het compensatie-gebied dienen te worden gelokali seerd, dus tegen de kern van Ellemeet aan, zodat de smalle duinrand tussen strand en Rampweg niet al te direct te lijden zal hebben van de massale groei van het aantal vaste standplaatsen in de naaste omgeving. Ook de visuele schade aan het open achterland zou dan daadwerkelijk beperkt kunnen worden tot de 30%, die in het compen satiegebied voor de recreatie is gereserveerd. De aanwezige leden van de raad leken niet onder de indruk van onze bezwaren en de wethouder veegde ze van tafel met het argument dat wij daarmee zes jaar te laat kwamen. Dat dit verwijt beslist onjuist is, omdat destijds alleen het compensatiegebied is aangewezen en de indeling ervan in een later stadium aan de orde zou komen, deerde de raadsleden niet. Deze kwestie zal ons nog lang bezighouden. Kassenbouw Sirjansland Vlak na de jaarwisseling in 2002 kwam het slechte bericht dat ons verzoek tot een voorlopige voor ziening inzake de toevoeging van een tweede 20 ha netto glas aan het bestaande kassenconcen- tratiecomplex van 35 ha door de Raad van State was afgewezen. Daarmee is de deur wijd open gezet voor een uitbreiding van de glastuinbouw rondom Sirjansland naar een tuinbouwindustrie- gebied van tenminste 90 ha bruto. Wij hebben ons uiterste best gedaan dit te verhinderen en meenden over sterke argumenten te beschikken, maar de Raad van State heeft ze niet gehonoreerd. Tijdens de mondelinge behandeling van ons verzoek bleek het schriftelijke betoog van onze advocaat, mr. J. E. Dijk van het Bureau Rechtshulp te Dordrecht, niet in het dossier van de voorzitter aanwezig te zijn. Dit gaf ons wel te denken. Van de uitkomst der bodemprocedure die nog volgt hebben wij helaas geen hoge verwachtingen. Strandpaviljoens Onder druk van een luidruchtige perscampagne van enkele exploitanten, waarin vooral wethouder C. W. Veerhoek het moest ontgelden, ging de ge meenteraad ertoe over een motie aan te nemen, waarin het college werd opgeroepen zich niet langer te verzetten tegen het voornemen van de exploitanten in kwestie hun strandpaviljoens in het najaar, tegen de voorschriften in, 'niet' af te breken. Een later door het college tegen de exploitanten aangespannen kort geding verloor zij, waardoor tenminste twee strandpaviljoens in de winter konden blijven staan. De Planologische Commissie betreurt deze gang van zaken, omdat daarmee de indruk wordt gewekt dat het strand een vrije zone is waar alles maar is toegestaan. Wij zijn in principe niet tegen de aanwezigheid van enkele permanente strandpaviljoens op de stranden tussen Westenschouwen en Scharendijke, maar dan moeten die naar onze mening wel voldoen aan enkele strikte voorwaarden, zoals: ze moeten ingebed zijn in een bestemmingsplan: het hele strand moet publiek eigendom blijven; exploitanten mogen dus geen eigendomsrechten op delen ervan kunnen verwerven; hun bouwsels moeten voldoen aan welstand- seisen en een laag profiel te hebben; ze moeten zich houden aan vaste openingstijden; zijn verplicht het strand in hun omgeving schoon te houden. D. M. Schorer, voorzitter 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2002 | | pagina 17