opgaan, men ziet de brandweer bezig den brand te blusschen met reuzenstralen water, men ziet menschen te voet en in allerlei voertuigen vluchten, men ziet de tenten, waarin de duizenden dakloozen van allerlei stand door de zorgen der regeering zijn gehuisvest, en hoe zij in queue staan te wachten, totdat de beurt aan hen is om het rantsoen voedsel te ontvangen. In het algemeen de geheele voorstelling boeit van het begin tot het einde, niet het minst door de afwisselende pakkende nummers. Het leven van een zeeman, Arabische ruiters, de twee waschmeisjes, de oli fanten enz., houden de toeschouwers en toe schouwsters aangenaam bezig. Wie kermis gaat houden, verzuime dan ook niet dit théater te bezoeken". De impact van de beelden uit San Francisco moet wel haast net zo groot zijn ge weest als de televisiebeelden nu van de aanslag op het World Trade Center in New York. Kennelijk was de magie van de film dan nu ook in Zierikzee definitief doorgedrongen, waarbij de schitterende ambiance van Lohoff's bioscoop wellicht een grote rol speelde. Dat het medium film een pakkende invloed had, was inmiddels ook al geruime tijd doorgedrongen tot de Zierikzeese evangelist Arie Weltevreden. Vanaf circa 1900 toerde deze met een projectie apparaat door Nederland om zijn missie kracht bij te zetten met filmbeelden. Tijdens de kermis van 1906 vertoonde hij in zijn woonplaats Zierikzee in het "lokaal" in de Lange Nobelstraat elke avond om 8 uur met de 'kinematograaf' films. Uit het Utrechtsch Nieuwsblad van 12 november 1900 komen we te weten dat hij zich presenteerde met de "Christelijke Bioscope", gecombineerd met de "Reuzen Gramophone", waarmee hij voorafgaand aan de voorstellingen in Utrecht groot succes had gehad in Rotterdam, Leiden en Haarlem. In Utrecht had hij domicilie gekozen in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen. Om zijn zendelingsmissie kracht bij te zetten vertoonde hij "levende Biographieën der Bijbelsche geschiedenis" en wel in het bijzon der: "De geboorte van het Kindeke Jezus in den stal van Bethlehem", "Opwekking van den jonge ling van Naïn", "Intocht van Jezus te Jeruzalem", "Avondmaalsviering", "De gevangenneming van Jezus in Gethsémané", "De Opstanding des Heeren". Deze filmepisodes waren waarschijnlijk afkomstig uit de film over de eerder genoemde Passiespelen te Oberammergau in 1900. Daarnaast vertoonde hij "maatschappelijke levende beelden", zoals films over dronkaards, beelden van schepen op zee, maar ook een verslag van een wielrijdersoptocht in Hoorn en een "Gezicht op den Dam te Amsterdam" en "Het Oude Hoofd van Rotterdam", waarbij veel beelden van passagiersschepen en een opname van het lossen van vee met een stoommachine. Helaas werden de voorstellingen van Weltevreden noch in Utrecht noch in Zierikzee in de krant besproken, zodat we niet weten wat daar de reactie van het publiek was. Op zijn "Reuzen Graphophone" bracht hij muziek ten gehoor zoals het Wilhelmus, het Transvaalse volkslied, "O Denk aan het huis ver van hier" en "De Godsrivier", uit gevoerd door christelijke muziekkorpsen uit Goes, Zwolle en Meppel en van de wezeninrichting te Neerbosch. Ook "mej. Weltevreden" liet zich niet onbetuigd en vertolkte diverse christelijke liede ren. In het Rotterdamsch Nieuwsblad treffen we in 1900 een verslag van de voorstellingen van Weltevreden aan. De evangelist leidde de voor stellingen zelf in en verklaarde dat men de "schoone uitvindingen" doorgaans alleen kon zien op plaatsen "die een Christen niet bezoeken mag". Aldus motiveerde hij zijn activiteiten om er aan toe te voegen dat zijn voorstellingen georganiseerd waren om "ook de Christenen te doen genieten van die heerlijke uitvindingen". Over de 'grap hophone' was de verslaggever niet onverdeeld enthousiast: "Zeer natuurgetrouw zijn de weer gegeven geluiden niet en de muziek is niet bepaald welluidend te noemen, terwijl het toestel bij het weergeven van menschelijke stemmen soms wel eens meer doet denken aan het dier, waaraan de Amerikaansche stad Cincinnati haar wereldvermaardheid dankt" (sic). Het deerde het publiek echter niet dat kennelijk opgetogen was, ook over de vertoonde beelden. De daarbij op tredende onvolkomenheden, soms flauw getinte beelden en in plaats van één heel, twee halve beelden, werden afgewisseld met "uitmuntende" 18

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2002 | | pagina 22