"UUT DE PEPIEREN" 3 november Het bouwen van kotjes en carports in de tuin wordt gemakkelijker gemaakt. De bestemmingplannen voor Burgh-Haamstede en Nieuw-Haamstede zijn aangepast. Deze waren nodig aan herziening toe. 27 november De Vereniging Stad en Lande looft oorkondes uit voor enkele fraai gerestaureerde objecten, waar onder de vroegere pastorie van Dreischor. 28 november Het woonhuis van de voormalige herenboerderij Mon Plaisir in Burgh straalt weer allure uit, nadat het zoveel mogelijk is gereconstrueerd. De Rabobank wil vóór 1 juli een concreet plan voor de vestiging van een kantoor op het te ver wezenlijken handelspark aan de Julianastraat in de kern Zierikzee. Het plan van de bouw van een kantoor in de Zierikzeese Groene Schil is van de baan. ARCHIEFBRONNEN OVER HET DAGELIJKS LEVEN OP SCHOUWEN-DUIVELAND Overtuigd van de noodzaak van het aanpakken van het opgaand geboomte aan de noordzijde van Zierikzee, richt Jacobus Wagenaar, pachter van de grote stellingmolen De Hoop aan de Lange Nobelstraat, zich in zijn verzoekschrift van 11 november 1888 tot de Zeeuwse commissaris des konings. Hij vraagt hierin om steun bij zijn strijd tegen lustig erop los groeiende bomen, die al enige jaren veel schade veroorzaken. Als de bomen aan Wandeling en Touwbaan zouden worden gekandelaard*, zou de noordenwind krachtiger over de stad kunnen waaien. Een aan tal "deskundigen in het vak" zet ter ondersteu ning een handtekening in de marge van het stuk. De graanmolenaar betuigt dat hij heeft gemerkt dat het vooral de bomen aan beide kanten van de Nobelpoort zijn, die hem in de weg staan. Desbetreffende "zeer oude boomen" zouden zelfs het beste kunnen worden gekapt. Wagenaar deelt mee dat de gemeenteraad zijn verzoek om iets aan de beplanting te doen niet had ingewilligd. Verder laat hij weten dat het bestuur niet behoeve van slechts één inwoner de gemeentelijke plantsoenen wilde aanpakken. "Wij toch kunnen, als zijn wij overtuigd van uwe grie ve, toch niet voor één persoon die boomkroon eraf nemen!", vonden burgemeester en wethou ders. Dus zelfs niet als het optimaal functioneren van een kostbaar maalwerktuig én de broodwin ning van een Zierikzeeënaar op het spel staan, kon er iets worden gedaan. Maar was het gemeentebestuur wel altijd zo principieel geweest waar het 'alleen' individuele belangen betrof? Toen "de heer Van Enk" vanaf zijn buitentuin tegen de stadswal zicht op het platteland had gewenst, was de beplanting wél stevig aange pakt! Zelfs jonge iepen waren er toen gerooid. Ook had het gemeentebestuur op verzoek van landbouwer Koppens destijds flink met tuinge reedschap laten huishouden. De commissaris raadpleegde vanuit de Zeeuwse hoofdstad het gemeentebestuur van Zierikzee. Dat laat in zijn brief van 6 december ter verdedi ging van het ingenomen standpunt weten dat Jacobus Wagenaar al sinds de bouw van de molen - in het midden van de eeuw - hierop werkzaam is. De molenaar kent de situatie al meer dan tien jaar. Dus zo langzamerhand had deze wel alle gelegen heid gehad om te kunnen vaststellen dat de stand van de molen ten opzichte van de bomen aan weerszijden van de Nobelpoort niet gunstig is. Wanneer de bestuurders Wagenaars verzoek zou den inwilligen, zou een groot deel van de publie ke wandelplaats erg worden ontsierd. Daarbij komt nog dat als de bomen de windvang niet meer zouden kunnen belemmeren, de molenaar nog altijd met een 'hinderlijk poortgebouw' zou zitten (I). En waarover gaat het nu eigenlijk? Over bomen 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2005 | | pagina 26