L
TREMELY URGENT
Vogelaar in New York
''Dat zeg je nu wel, maar hoe zie je dat zo snel. Ik zie alleen maar een een langsvliegende don
kere vlek." Veel ervaren vogelaars zullen deze woorden herkennen. Ze worden geuit door vrien
den of bekenden, die zich erover verbazen dat je vaak aan één detail al genoeg hebt om een vogel
op naam te brengen. Diezelfde mensen betrap je soms op ongeloof en dan lees je in hun ogen
zoiets als"dat zegt hij wel, maar wie controleert het?" Ervaring en alertheid bestempelen een
langsflitsende witte stuit totTapuit en een in de verte glijdende gans tot Aalscholver. Het lijkt
alsof deze voorbeelden tot een bijna eindeloze rij zouden kunnen worden uitgebreid. Onlangs
realiseerde ik me hoe beperkt die rij in werkelijkheid is en hoezeer de lengte afhankelijk is van
ervaring.
Trekvogels overschrijden in nazomer en herfst
de grenzen en de kans op waarneming van allerlei
soorten is in Nederland dan erg groot. Voor voge
laars lijkt de herfst dus niet bij uitstek de tijd om in
het buitenland de hobby uit te oefenen. Maar ook
in het leven van een vogelaar is er méér. Zo bracht
ik in de herfstvakantie een bezoek aan New York.
Toch de verrekijker mee, want je weet maar nooit.
Dat geldt voor vogelsoorten, maar ook voor vogel-
gebieden. Op de laatste dag van mijn verblijf in
Manhattan las ik over een reservaat waar ruim
driehonderd vogelsoorten zijn vastgesteld. Dat na
tuurgebied is nota bene met de subway bereikbaar.
Een gemiste kans. Ook vogels zou ik nog missen.
Een langsschietende witte stuit was nu namelijk
niet meer vanzelfsprekend een Tapuit en een
glijdende gans in de verte kon van alles zijn. Er vlo
gen tal van vogels rond en de meeste ervan kende ik
niet. Ik begreep weer wat het is om een beginnend
vogelaar te zijn.
86
IS