De Sint
Maartenskerk
te Wemeldinge
platen loofwerk en kapiteelzuiltjes,
afkomstig van de oorspronkelijke
reliekkast uit de 13e eeuw. Op het
hoogste deel van de retabel staat, in
hoog-reliëf. God de Vader met open
armen en zegenende gebaren. In de
zijportieken stellen schilderijen van
Ca rol us Eyskens (1719-1753) de
„komst van Graaf Madelgaire in het
klooster van Haumont" voor en „het
ontvangen uit handen van een Engel
van het plan voor het klooster van
Soignies door de monnik Madelgaire".
Het afscheid van Soignies viel ons
moeilijk; we stonden samen buiten
nog een poos te kijken naar deze
mysterieuse kerk, deze oude
Romaanse basilica, door Bomans eens
„een gebed, gestold in steen"
genoemd. Ze moet, in tijden van
oorlog, ook een veilig toevluchtsoord
geweest zijn voor de burgers van
Soignies.
Hiermee is dan de laatste kraal aan
ons kettinkje geregen. We kunnen het
slot er nu dus aanzetten.
Meer informatie is te vinden in:
Léon Delferière: „La Collégiale Saint-Vincent a
Soignies".
Joseph Delmelle: „Kathedralen en Kapittelkerken
in België". Uitgave Rossel, Brussel.
Uit de reeks van Elsevier: „Kunst der Wereld" het
deeltje over de Romaanse Bouwkunst.
Christopher Brooke: „Kloosterwerelden 1000-
1300". Uitgave W. Gaade B.V., Den Haag.
Uit de serie van Elsevier: „Kunst in Beeld, Europa
in de Middeleeuwen", deel 1, Romaanse Kunst.
Maria, die haar Kindje voedt. Begin 14e eeuw.
Preekstoel toegeschreven aan beeldhouwer
Boudewijn Lalou van Bergen (1670) met detail.
G. J. LEPOETER
„In de grootstedelijke samenleving is
de kerk een randverschijnsel", lazen
we laatst in een artikel. Wemeldinge
kunnen we gelukkig nog niet betitelen
als een grootstedelijke samenleving,
maar de kerk is er, althans in letter
lijke zin, meer dan waar ook een
randverschijnsel. We zouden ook
kunnen zeggen, dat het de uit
zondering is, die de regel „laten we
de kerk in het midden houden",
bevestigt.
Vroegste geschiedenis
We zien namelijk in Wemeldinge de
situatie dat de kerk als het ware
buiten het dorp is komen te staan als
gevolg van de ontwikkeling dat de
bebouwing zich al vroeg,
waarschijnlijk in de 13de eeuw, heeft
verlegd naar de na de stormvloed van
11 34 gelegde dijk ten oosten van de
kerk, de huidige Dorpsstraat. Veel
later, in de 1 9de eeuw is dit accent
extra en in een snel tempo versterkt
door de aanleg van het kanaal door
Zuid-Beveland. De uitbreiding van het
dorp in oostelijke richting kreeg toen
een duidelijke economische dimensie.
We weten niet of het in de middel
eeuwen ooit een punt van overweging
geweest is om de kerk te verplaatsen,
zodanig dat deze ruimtelijk weer een
centrale plaats zou innemen. Het is in
ieder geval nooit gebeurd.
Het kan zijn dat dit niet gedaan is
omdat de kerk in de tijd dat dit
speelde al een stenen gebouw was en
dus te kostbaar om tot volledige
nieuwbouw over te gaan. Wij zijn
echter van mening dat de historische
en symbolische gebondenheid van de
middeleeuwer aan de vanouds
gewijde plaats hem verhinderde om
de kerk op een andere plaats te gaan
opbouwen.
Hoewel we daar veel minder inzicht in
hebben dan op een aantal andere
plaatsen, zal ook in Wemeldinge de
vernieuwbouw van kerk en toren -