WC 4' 6 Roover van Europa's ftaten waarom heeft de Almagc toegelaten, dat Vorsten - gunst zoo veel u gaf? Of. leeft ge, om tot uw fpijt te aanfehouwea, boe God weer volken op gaat bouwen? Of rijpt ge nog tot zwaarder Öraf? Geen beer van fnoode hurellngen kan langer mond en pen bedwingen nu kent men 't heilloos zaraenftel van moord en roof en helfche ffcreeken; wat gruwlen de Almagt had te wreken aan 't vloekgefpan van rijk der hel» Heen zijn ze, uw fnoode dieven - benden 200 vet gemest bij volks - ellenden heen met der volken vloek belaén Hun naam doet ons en *t nakroost gruwen; Lands wellust was *t hen uit te fpuwent ook hun is heerlijk regc gedaan Jehovah's adem blies U tegen; ellendenals een digten regen vernielden uw verbannen heer: Nu God uw gruw'lcn t'huis ging zoeken, mogt Ge, onmensch, razend zweren, vloeken bier baatte uw trots noch woede meer. Triumf! wij flaan weer vrolijke oogen verwonderd naar dc (larrenbogen waar onze God en redder leeft die aarts-tirannen ook doet bukken; verdrukten week aan dwang te ontrukken en ons weer rang en aanzien geeft Hij kwam Oranje, op wien wij oogden, dien wij ten Opper-Vorst verhoogden; Hij leve en zij *t juweel van Staat! Hij zij ons lang ten Vorst en Vader Door hem vloei weer 's Lands welvaarts-ader Op Hem zij geest van fterkte en raad!

Tijdschriftenbank Zeeland

Varia Zeelandiae | 1984 | | pagina 25