GEDENKSTEEN
IN HET PAKHUIS VAN VAN EENENNAAM
[Laat het De Wete weten, januari 1984]
De oproep in De Wete van januari 1984 om 'gegevens' betreffende de in de
aanhef bedoelde gedenksteen heeft mondeling (telefonisch) zowel als schrifte
lijk nogal wat reacties gegeven.
Het pakhuis, aldus de heer C. Melse uit Utrecht, werd destijds gebouwd door
de heer Kamermans. Bovenin de voorgevel moet het woord 'Nooitgedacht'
zijn aangebracht. In het pakhuis zouden, voor zover het de heer Melse bekend
is, gedurende de jaren 1940-1944 mannelijke bewoners van de Eigenhaard-
straat, Dokstraat en Oude Werfstraat (straten in de onmiddellijke omgeving
van de Korendijk) ondergedoken hebben gezeten. Daarom zou die gedenk
steen zijn aangebracht. Ik vermeld deze 'herinnering' van de heer Melse,
omdat er wellicht meer Middelburgers zijn die deze versie gehoord hebben.
Maar alleen al de tekst op de steen logenstraft deze bewering. Die tekst luidt
n.l. Met pak en zak onder veilig dak.
Welgedaan door van Eenennaam.
In dankbare herinnering aan de
Bange dagen van Nov. 1944.
138 vluchtelingen.
Uit de reacties van de dames Theune (Vlissingen), Chr. Keiler en Hamelink
(Middelburg) en de heren J. de Munck, G. Ruitenbeek (Rheden), v.d. Linde en
Poppe (Middelburg), komt duidelijk naar voren dat het ging om mensen die
bescherming zochten tijdens de beschieting van Middelburg in de dagen voor
afgaande aan de bevrijding begin november 1944.
'Middelburg is vóór de bevrijding op 6 november 1944, dagenlang door de
geallieerden beschoten en de 40.000 inwoners van de overvolle binnenstad
waren allen - vaak tevergeefs - op zoek naar een kelder, om daar in elk geval
veilig te kunnen slapen', aldus mevr. Chr. Keiler, destijds journaliste bij 'De
Vrije Zeeuw' direct na de oorlog.
Het zal U bekend zijn, dat Walcheren toen onder water stond. Vele 'platte
landers' waren naar hoger oorden gevlucht. Vandaar dat Middelburg in okto
ber/november 1944 zo'n 40.000 inwoners telde (ruim) 2 x zoveel als normaal.
Mevrouw Theune die thans weer al jarenlang in Vlissingen woont, was uit deze
stad met haar ouders naar Middelburg gekomen omdat vader en moeder het in
Vlissingen niet meer konden harden. Hun huis was bij een bombardement
vernield, zodat men wel genoodzaakt was om een ander onderkomen te
zoeken. Vandaar dat tenslotte uitgeweken werd naar het 'veilige' Middelburg,
dat echter eind oktober/begin november 1944 evenmin veilig bleek te zijn.
Mevrouw Theune vertelde dat hun gezin woonde in het pand Kinderdijk 4,
recht tegenover de Bellinkbrug. Teneinde hun gezin tegen het gevaar van de
beschieting te beschermen, kreeg vader Theune van Van Eenennaam gistkistjes
en rekken voor zakken graan op te stapelen, waarmede in de kelder van het
pand Kinderdijk 4 met 'ouderwets' stro en matrassen een redelijk veilig
7