Y eleze Tamelijk geruisloos verscheen vorig jaar een boek dat, wat ons betreft, best wat meer aandacht in de pers had mogen krijgen. Het gaat n.l. om een herdruk van een standaardwerk: 'Kostuum en sieraad in Zeeland' van J. de Bree. De auteur, die binnenkort zeventig jaar wordt, is een kenner van kleder drachten en (Zeeuwse) sieraden. Hij heeft diverse andere publicaties op zijn naam staan (waaronder 'Zeeuws zilver' uit 1978) en ontving in 1980 de Zilveren Anjer voor zijn werk. De Bree publiceerde in het Archief van het Zeeuwsch Genootschap der Weten schappen tussen 1954 en 1959 een viertal 'Bijdragen tot de kennis der klederdrachten in Zeeland en haar onderling verband, van 1700 tot heden'. In 1967 werden deze artikelen gebundeld en in boekvorm uitgegeven, onder de titel 'Costuum en sieraad in Zeeland'. Omdat dit boekwerk reeds jaren was uitverkocht, besloot uitgeverij Gysbers Van Loon te Arnhem er een ongewijzigde herdruk van uit te brengen. Een gelukkige gedachte! Waarbij ik overigens als - enige - kritische kanttekening de opmerking wil plaatsen, dat een korte inleiding, met de wordingsgeschiedenis van het boek en enige bijzonderheden omtrent de auteur, hier aan toegevoegd had dienen te worden. Deze gebonden uitgave met stofomslag omvat 187 bladzijden tekst en een fotokatern van 64 bladzijden, met talrijke zwart-wit illustraties. Het boek valt in zes delen uiteen: 1De Walcherse dracht 2. De drachten van Zuid-Beveland 3. De door de Walcherse en Zuid-Bevelandse beïnvloede drachten (Nieuw en St. Joosland, Arnemuiden) 4. De door de Walcherse beïnvloede drachten (Axel, Land van Kadzand) 5. De drachten van Schouwen-Duiveland, van Tholen en Noord-Beveland en tenslotte 6. De dracht van het Land van Hulst. Zeer gedetailleerd worden de verschillende klederdrachten van onze provincie in hun ontwikkelingsgang beschreven. Hierbij valt op, dat de 18e eeuwse boerenzonen en -dochters heel wat kleurrijker gekleed gingen dan hun nazaten. In feite gaat het bij alle hoerendrachten telkens om late navolgingen van eerdere burgerdrachten. De foto's vormen een goede illustratie bij het betoog van de schrijver, soms als een contrast (zie b.v. de hoog gesloten beuken van de Walcherse vrouwen eind 19e eeuw, afb. 10 en de veel lagere van een goede halve eeuw later, afb. 11), soms als een mooi plaatje (prachtige spelden, kettingen, rouwklokjes, hemdknoppen, broekstukken, enzovoort, teveel om op te noemen!). Jammer dat er al zoveel schoons verdwenen is: de - wat sobere - dracht van Noord-Beveland, die mijn overgrootmoeder met ere droeg, en ook die van Schouwen, Tholen, Axel en Hulst behoren reeds geheel of vrijwel geheel tot de voltooid verleden tijd. De thans nog door zovelen bewonderde Walcherse en Bevelandse klederdrachten zullen, zoals het er nu naar uitziet, binnen enkele tientallen jaren uit het straatbeeld verdwenen zijn Daarom is het goed dat onze aandacht middels dit mooie en gedegen boek nog eens op dit aspect van het streekeigene in Zeeland gericht wordt. J. de Bree, Kostuum en sieraad in Zeeland, Arnhem, Gysbers Van Loon, 19852 (ƒ48,00). ps 24

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1986 | | pagina 26