aantal geestverwanten, vrijheid van godsdienst bepleitte. Zij waren bereid er goed voor te betalen. Veel succes hadden zij niet en Marco Perez bestreed sindsdien Philips II door 30.000 exemplaren van de Institutie van Calvijn, in het Spaans, naar Spanje te smokkelen. In 1568 onderhandelde Marco Perez met Willem van Oranje en verleende hem ook financiële steun in zijn strijd tegen hun gemeenschappelijke vijand. En hoe groot zal de invloed van Marco Perez zijn geweest op de oude psalmberij ming? Datheen was immers een van zijn huisvrienden. De gebeurtenissen volgen elkaar nu snel op. In 1579 (Unie van Utrecht) wordt vrijheid van geweten verleend aan alle inwo ners van de Verenigde Nederlanden; nog geen vrijheid van godsdienst. Men werd niet meer vanwege het geloof vervolgd maar dit betekende nog geen asiel recht voor Marranen of Joden. Iedere stad of provincie kon wel of geen toelating verlenen. Wanneer in 1585 Antwerpen weer in handen valt van de Spanjaarden komt in de daarop volgende jaren een ware exodus op gang en vragen Marranen vanuit Keulen in 1586 aan de Zeeuwse Staten een Sauve Garde, toelating, voor de Antwerpse Marranen. Pas in 1587 wordt deze toelating verleend op aandringen van Salvador de la Palma, een Calvinist van Marraanse origine. Nu ligt Zeeland en spoedig daarna enkele steden in Holland, open voor de Marranen die nu als vrije mensen openlijk kunnen overgaan tot het geloof van hun voorvaderen. Het Joodse leven wordt de nieuwe Joden wel mogelijk, niet gemakkelijk gemaakt. De Calvinistische kerkeraden zijn zeer terughoudend en menigmaal komen zij in conflict omdat de Joden teveel vrijheid zouden hebben. En vormen zij geen bedreiging voor het pas ontloken Calvinisme? In Middelburg wordt aan de Portugese Joden niet toegestaan een eigen syna goge te bouwen. Men moet genoegen nemen met synagogediensten ten huize van de Pinto op de Rouaanse Kaai waar Jacob Juda Templo Leon de eerste rabbijn van Middelburg werd. Deze was in 1603 geboren te Hamburg en bouwde hier in Middelburg een model van de Tempel van Salomo dat in Nederland en in Engeland werd geëx poseerd. Ook maakte hij een beschrijving van de Tempel die hij heeft opgedragen aan de Staten van Zeeland. In 1641 vertrok hij, met tempelmodel, naar Amsterdam, om later rabbijn te worden in Engeland, waar hij is overleden. Wel kregen de Joden in 1655 toestemming een eigen begraafplaats te stichten aan de huidige Jodengang te Middelburg. De koopacte bevindt zich nog in het gemeentearchief te Amsterdam. Zonder beperkingen werd de toestemming niet verleend. Begraven worden mocht er dan wel. 'Ceremoniën daaromtrent' moesten achterwege blijven. Amsterdam was voor de Portugezen veel aantrekkelijker. Men had er veel vroeger dan hier toestemming gekregen voor begraafplaatsen en synagogen. Hoewel Amstedam voor de scheepvaart minder toegankelijk was dan Middelburg trokken de meeste Joden naar Amsterdam waar onder leiding van beroemde rabbijnen als Saul Levi Morteira en Menasse Ben Israël een bloeiende Joodse gemeente was ontstaan. En zo verrees het Jeruzalem van het Westen aan de Amstel en niet aan de Arne, hoewel Middelburg de oudste rechten had. 31

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1989 | | pagina 33