watermeters en een tweede stoomketel
vermeerderde de boekwaarde met
1.683,151/2. In 1932, bij het einde van de
concessie, werden als oorspronkelijke
waarde van het dan bestaande onroerend
goed de volgende bedragen vermeld
Prise d'Eau 126.693,09
6" Zinker Keersluis 7.342,64
Gebouwen Biggekerke 16.025,90
Watertoren 30.607,651/2
Filters en kelders 45.442,661/2
Hoofdbuizennet 164.384,37
Machines, Ketels,
Schoorsteen 2.2375,811/2
Watermeters 48.562,19
Persleiding 88.443,13
Dienstleidingen 60.284,89
goed drinkwater steeds maar toe. De
V.D.M. zag het einde van haar concessie
naderen en deed geen investeringen meer.
Het waterwingebied van Biggekerke werd
overbelast, zodat in 1932 het gemeente
bedrijf water moest inkopen van het Mid
delburgse waterleidingbedrijf, dat haar
waterwingebied Oranjezon in Vrouwenpol
der had. Het water werd geleverd via de
nieuwgebouwde opjager Abeele. Dit was
echter niet genoeg. Bovendien moest men
vanaf die tijd ook de gemeente Oost- en
West-Souburg van water voorzien. Vanaf
1936 werd via een toen gebouwde opjager
bij de Sloedam Brabants drinkwater aan
gevoerd, dat van de N.V. Waterleiding
Maatschappij Zuid-Beveland werd gekocht.
Er werden flinke winsten gemaakt door de
Vlissingsche Duinwaterleiding Maatschap
pij. De gemeente Vlissingen wilde hier ook
van profiteren en op tal van manieren
trachtte zij dit te bereiken, onder meer
door een heffing op waterleidingbuis in te
voeren. Dit raadsbesluit werd in 1914 door
de Kroon vernietigd. Na de concessieduur
(van 1883 tot 1932) moest de gemeente
Vlissingen voor de complete overname
van de V.D.M. 338.000,- betalen.
De levering van drinkwater
Uniek voor ons land was dat de Vlissing
sche Duinwaterleiding Maatschappij alle
klanten van een watermeter voorzag. Dat
werd door de toen bestaande twaalf ande
re maatschappijen niet toegepast, omdat
men dacht dat dit klanten zou afstoten. De
eerste jaren steeg de waterafzet fors, in
1884 werd er 18.379 kuub geleverd, in
1885 23.890, in 1886 27.832 en in het
droge jaar 1887 46.689 kuub.
In de jaren twintig nam de vraag naar
Roerige tijden
Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft het
pompstation Biggekerke de stad Vlissin
gen soms alleen van drinkwater moeten
voorzien, omdat de aanvoerleidingen naar
de zinkers door het Kanaal door Walche
ren stuk waren gebombardeerd. Het
pompstation zelf leed ook veel schade
door de oorlogshandelingen. Zo werden de
filters zwaar beschadigd en de dienstwo
ningen licht tot zwaar beschadigd. Ver
schillende putten en drainageleidingen
werden vernield en de transportleiding
naar Vlissingen had door bomtreffers vele
breuken, terwijl bij het voormalige fort De
Nolle honderden meters buis totaal waren
verdwenen.
In 1953 baande de woeste zee zich een
weg door de duinen naar het waterwinka-
naal in Oranjezon, dat werd geëxploiteerd
door het Middelburgse waterleidingbedrijf.
De gevolgen waren rampzalig, de machi
nekamer liep volledig vol met zeewater,
maar veel erger was dat het wingebied