zo grondig is aangepakt, dat het tevens het einde ervan betekende. Dit in tegen stelling tot een nederzetting als Dorestad, die zich keer op keer leek te herstellen, tot ook daar het brute geweld een eind maak te aan de handel en de mensen de wijk namen naar een veiliger plek (Wijk bij Duurstede). Waar zouden de mensen van Domburg naartoe zijn getrokken, ervan uitgaande dat de vikingen niet iedereen over de kling hebben gejaagd? Het feit dat de aanval op Walacria in veel kronieken is opgetekend, wil zeggen dat hij bijzonder veel indruk heeft gemaakt. Hebben sommige inwoners ook de wijk kunnen nemen en zo ja, waar naartoe? Sommige auteurs doen de suggestie dat Middelburg daar de aangewezen plaats voor was. Aan de andere kant van het eiland gelegen, met een goed te bereiken haven en een eind verwijderd van het eveneens bedreigende natuurgeweld; Domburg werd in die tijd al gekweld door stuivend duinzand. Gelet op de vondsten die gedaan zijn op Walcheren uit de tijd tussen ca. 850 en 1000, blijkt dat er in elk geval bewoning was in Middelburg, Dom burg en Oost-Souburg. Niet zo verwonder lijk, met de aan het eind van de negende eeuw aangelegde ringwalburgen als veilige veste in de buurt. De eerste bewoningsfase van Oost-Souburg binnen die ring dateert van ca. 900-975. Daarbuiten zijn geen vondsten gedaan. In Middelburg was al in de negende eeuw bewoning aan de huidi ge Dam, toen nog de oever van het veen- riviertje de Arne. Het lijkt er dan ook op dat Middelburg inderdaad de rol van Domburg heeft overgenomen, maar of dat meteen na het debacle van 837 gebeurde heeft nog niemand overtuigend kunnen aantonen. Invloed vikingaanvallen op handel Het is natuurlijk goed mogelijk dat er in die woelige periode van vikingaanvallen vrijwel geen handel werd gevoerd, simpelweg omdat het te gevaarlijk was. Het lijkt dan logisch dat de handel tussen West-Europa en het noorden pas weer op gang kwam toen de aanvallen in hevigheid en aantal afnamen. Dat moet na 1000 zijn geweest, want tot die tijd waren er nog regelmatig plundertochten. De werkelijkheid is echter dat ook in de periode daarvoor handel voorkwam. Het begrip handel gebruik ik hier in de meest brede betekenis van het woord. Dat mag vreemd klinken, maar handel in de periode van ca. 600 tot ca. 1000 kan worden onderverdeeld in een aantal categorieën, waaronder handel uit winstbejag van de koopman, maar ook het verkopen van de opbrengst van landerijen van (grootgrond bezitters, waarbij de verkoper 'slechts' transporteur is. Het voert hier te ver de verschillen uit te diepen. Overeenkomsten Wat wijzen de vondsten uit? In Oost-Sou burg zijn, naast veel ander materiaal, benen kammen en glazen kralen gevonden die zijn te vergelijken met kammen en kralen uit Ribe. Deze Oost-Souburgse vondsten worden gedateerd op de eerste bewonings fase, dus tussen ca. 900 en 975. In die periode werden in Ribe in elk geval kam men en kralen gemaakt, bedoeld voor de lokale markt en de handel. Gelet op de overeenkomsten tussen de fabricage en de versiering is het niet uitgesloten dat op de een of andere manier contacten heb ben bestaan tussen fabrikanten van kam men en kralen en Oost-Souburg. Dat moet haast wel, aangezien de mensen in deze

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1997 | | pagina 18