pelle, Rammekens en Vlissingen, waar de
dijken waren gebombardeerd en de
stroomgeulen diepe sporen in het land
hadden geslepen. Alle vier de nieuwe
kreekgebieden werden tijdens de naoor
logse verkaveling bebost en daar kwam
opnieuw een dieren- en plantengemeen
schap op.
Na de oorlog bleven restanten van Duitse
verdedigingswerken en geallieerd aanvals-
tuig in het landschap achter; ze werden
niet allemaal opgeruimd, zoals is te zien
aan de roestende landingsboten op (of lie
ver gezegd in) het strand bij Rammekens.
De tankwallen, bunkers en landingsvoer
tuigen trekken ook planten en dieren aan.
De bunkers bieden bijvoorbeeld onderdak
aan kolonies vleermuizen.
Nu veel huizen, boerderijen en oude
fabrieksterreinen - dé traditionele verblijf
plaatsen van deze dieren - ongeschikt zijn
gemaakt (geïsoleerd) of verdwenen, vin
den ze hun toevlucht in de bunkers, die
daarmee aan belang hebben gewonnen.
De Tweede Wereldoorlog heeft dus ook
voor nieuwe elementen in het landschap
gezorgd.
De aanleg van natuurvriendelijke oevers kan
op verschillende manieren gebeuren en diverse
doeleinden dienen. Plaats je een beschoeiing
van natuurvriendelijk materiaal iets uit de
kant, dan kat: een moerasvegetatie ontstaan.
Het bergend vermogen van de kreek of water
gang wordt groter met een natuurvriendelijke
oever, zodat de landbouwgronden beter worden
ontwaterd en het peil van het grondwater kan
worden verhoogd zonder problemen voor de
landbouw. De foto is genomen onder Hoogelan-
de, bij de brug over de Domburgse watergang,
(foto Leo Hollestelle)