de bouwgeschiedenis. In 1452 werd de eerste steen gelegd voor een combinatie van een nieuw stadhuis, een vleeshal en een lakenhal. In 1458 konden de "nieu kamere" door het bestuur betrokken wor den. Daarna is er van alles aan het stad huis veranderd. Er werden stukken aange bouwd. Er werden restauraties verricht. En na de verwoesting in mei 1940 is het stad huis opnieuw opgebouwd. Aan de hand van tekeningen van Kesteloo en Unger2 en de min of meer uitvoerige artikelen van Don, Bosma, Meischke en Unger3 kan een redelijk beeld van de bouwgeschiedenis samengesteld worden. Opmerkelijk is dat de genoemde ontwikke lingen bijna uitsluitend betrekking hebben op het exterieur. Dat is in talloze afbeeldin gen - tekeningen, gravures, etsen, litho's, foto's - vereeuwigd. Over de indeling van het vooroorlogse interieur is niet zo veel te vinden. Gezicht op het stadhuis aan de Grote Markt te Middelburg, en aangrenzende panden, met voorbijgangers. Kijkkastplaat, in spiegelbeeld en opschrift (Frans), 1743. Uit: Madian. Col lection des prospects. Augsburg, [circa 1770], fol. 18. (Zeeuws Archief, Historisch-topografi- sche Atlas Middelburg, nr. 298) Beschrijving van het interieur De meest volledige mij bekende beschrij ving van het interieur komt voor in de Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden, behelzende eene beschrij ving van Zeeland7 "Dit Stadhuis van de groote Markt langs een Blaauwen Arduinsteenen Trap opge treden zijnde, komt men in eene ruime Voorzaal; op welke, sedert het jaar 1740, eene zeer deftige en sierlyke Plaats, by wyze van een Halfrond, is toegerigt, om 'er, in Halsstrafbaare Zaaken, de Hooge Vierschaar te houden. Uit deeze Hooge

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2009 | | pagina 17