Na 500 jaar weer terecht
Foto gemeente-archief Antwerpen
Mr. Caspar van Heel
Het necrologium van Monster, geschreven op 11 november 1470
In het rijksarchief van Oost-Vlaanderen te Gent
berustte als onderdeel van het kerkarchief van
Waasmunster een „Boek der jaargetijden met de
uitdelingen en diensten in kalendervorm". Een kerk
boek dus, waarin de namen van de gelovigen
werden aangetekend, die de kerk hadden begiftigd,
opdat voor hun zieleheil een jaargetijde of anni-
versarium zou worden gehouden op hun jaarlijkse
sterfdag.
In de veronderstelling, dat dit handschrift inder
daad gegevens bevatte over vrome lieden in Waas
munster, werd het uitgeleend aan het algemeen
rijksarchief te 's-Gravenhage ten behoeve van mr.
dr. J. C. Maris van Sandelingenambacht, die bij
zijn onderzoek ontdekte, dat het boekje niet be
trekking had op Munster in het land van Waas,
maar op Monster op het verdronken eiland van
West-Borssele.
Dit eiland, dat bestond uit de zes parochies Tee-
wijk, St. Catharinenkerke, Monster, Oostkerke,
Westkerke en Wolpersdorp, is in de St. Felixvloed
van 5 november 1530 overstroomd, weliswaar
spoedig herdijkt, maar op 2 november 1532 op
nieuw verdronken en het moest tot 1616 duren,
voordat een gedeelte van de heerlijkheid Borssele
door de stad Goes opnieuw werd bedijkt. Vermoe
delijk is de pastoor van Monster tijdens de storm
vloeden met wat hij maar redden kon naar zuide
lijker streken gevlucht en is het handschrift zo in
Vlaanderen terecht gekomen. Dank zij een ruil
overeenkomst op basis van het herkomstbeginsel
tussen België en Nederland, berust het jaargetij-
21