eeuwige wisseling en het streven naar harmonie
22
Javaans Poppenpaar in Westerse Omgeving. (Foto J. K. van E/sacker).
„meesterwerken". In het bezit van haar
zoon, verspreid over vrienden en kennis
sen, soms in musea en zelden gedateerd
- het is niet eenvoudig er een volledige
lijst van samen te stellen.
Mies Elout-Drabbe had zeker oog voor
het nieuwe: buiten haar gepointilleerde
werk meen ik ook een cubistische ten
dens te ontdekken, bijvoorbeeld in haar
„Bevroren Zee" 1 91 6). Een symbolisti
sche tendens is duidelijk waar te nemen
in werken als „De Wolk" (1940), „Ja
vaans Poppenpaar in Westerse omge
ving" en „De Vuurpijl".
Toch waren er ook critici, die haar stil
stand verweten.
Ik geloof dat je dat anders moet zien: zij
had al vroeg haareigen stijl gevonden en
die stijl was een weerslag van haar ka
rakter.
De essentie van de schoonheid
's Morgens stond ik laat op, n.l. 9 uur",
schreef Mies Drabbe op 24 juli 1 892 in
haar dagboek tijdens een vacantie in
Domburg. ontbeet met één broodje
en ging toen met Arre (haar zusje Hen-
riëtte, red.) naar 't strand, waar papa ons
twee stoelen kocht. Papa nam plaats in
één en Arre en ik beiden in één; we lach
ten erg en keken naar de zee's Mid
dags gingen Arre en ik samen naar de
manteling, waar ik haar„uitschilderde".
Ik voltooide dit echter niet, daar Arre 't
koud kreeg voor 't poseren.
De jonge Mies komt in dit dagboek naar
voren als een meisje dat graag tennist,
het leuk vindt van alles te ondernemen
met haar vriendinnen en haar familie,
maar toch steeds weer de behoefte voelt
zich terug te trekken op een stil plekje
om te schilderen.
2 Augustus 1 892: We dronken lek
ker koffie en 's middags bleven we thuis
taartjes eten en advocaat drinken. Om
half 4 gingen Arre en ik naar de leeszaal
(van het Badpaviljoen, red.), waarna we
naar Westhove Hepen, pratende over ou
derdom en 't genoegen hiervan met be
trekking tot doodgaan; verder maakten
we plannetjes eens een nachtfuif op touw
te zetten als we weer in Arnhem zijn.
Hierna aten we kippen.
Eten bleek een grote rol te spelen in het
leven van de 1 7-jarige, net als het Dom-
burgse kinderbal, dat in die tijd vaak op
vrijdag plaats had: tot 9 uur voor „de
kleintjes", daarna voor „de groteren".
Haar toekomstige man Paul Elout kende
ze al; ze danste vaak met hem op het kin
derbal en omschreef hem in haar dag
boek als „zeer amusant". Veel meer dan
haastig neergekrabbelde feiten geeft
het dagboek niet, maar toch komt er al
een beschouwende aard uit naar voren.
„Knus" samen-zijn met haar familie en
geregeld schilderen waren vanzelfspre
kendheden. Toen Mies in 1 903 met haar
man permanent in Domburg kwam wo
nen, had ze haar „officiële" leerschool
achter de rug en waren haar terloopse
lessen van Toorop nog in volle gang.