ton soja binnen, terwijl er een (Europees) overschot
is van twintig miljoen ton onverkoopbaar graan. Het
naar nul terug laten lopen van de subsidie heeft wel
de bedoeling dat de graanopbrengst vermindert, maar
de voorwaarde voor inkomenssteun is dat boeren hun
land verzorgen, en daar heeft een boer dan toch graan
voor nodig. Joop de Koeijer kan het woord 'hypocriet'
niet voor zich houden, want dat volume blijft de prijs
ontwrichten.
De Koeijer zegt vervolgens iets wat elke kran
tenlezer 'eigenlijk' wel weet, maar hij moet me toch
uitspellen wat de consequenties zijn. 'Voor de soja-
teelt verdwijnt elk jaar in het Amazonegebied een
stuk regenwoud ter grootte van de provincie Utrecht.'
Gras is daardoor als veevoer waardeloos. Een boer die
wegens zijn leeftijd zijn vee heeft weggedaan en zijn
'gras op stam' wil verkopen, kan daar niemand voor
vinden. Maaien en hooien brengt het geld voor het
werk niet meer op, want ook voor koeien komt hooi
duur en sojavoer goedkoop uit.
'Uit elke hevige landbouwcrisis in het verleden
hebben landbouweconomen de conclusie getrok
ken dat landbouw het niet redt zonder enige lokale
bescherming. De eerste Europese landbouwcommis
saris Sicco Mansholt is de architect geweest van de
Joop de Koeijer. Foto's: Anda van Riet
een tijdlang zo kon floreren: die is in Europa overal
te vinden waar grote zeehavens dichtbij zijn. Met de
VS is in de jaren tachtig afgesproken dat de maïs- en
soja-import niet belemmerd mocht worden, en dat
nationale steun aan eigen graanproductie of andere
eiwitrijke veevoergewassen geleidelijk moest worden
afgebouwd. De soja-overvloed maakte zo ook een eind
aan de Zeeuwse teelt van veldbonen en voererwten,
waar speciaal de hoeveelheid zon en het gematigde
klimaat van Zeeland heel geschikt voor zijn. Nu wordt
er in Zeeland zelfs geen koolzaad meer geteeld, dat
heeft het ook afgelegd tegen de maïsmeel- en sojap-
rijzen.
De kosten van een kip zitten voor zeventig procent
in het voer. Dankzij het goedkope voer is Nederland
veel kip gaan exporteren, al is het maar omdat we
zelf alleen de borstfilets eten. Daardoor blijft er veel
eetbaars aan vleugels en poten over dat in Afrika te
gelde moet worden gemaakt. Zonder die afzet kan
onze kip niet zo verbijsterend goedkoop zijn. Met
onze export - enige tienduizenden tonnen - wordt in
West-Afrika de lokale landbouw ontwricht, want tegen
de dumpprijzen kan een lokaal gemeste kip niet op.
Tegelijk komt hier even hard de lokale landbouw in de
knel. In Rotterdam komt per jaar vijfenvijftig miljoen
14 Zeeuws Tijdschrift 2005/3-4