Geitenkaasmakerij De Pint. Foto's: José van Riele leerde ze kaasmaken, waarbij ze wel eens in slaap viel omdat het allemaal 's avonds moest, als ze moe was van haar werk overdag. Een winter lang ging ze op les in Gouda, dat was toen hun eerste baby net geboren was, Toon was toen al thuis, bezig het bedrijf op te zetten. Boeren zoals Margot en Toon het hebben gedaan, dat was idealisme en realisme tegelijk. Toen ze een maal in St. Jansteen, aan de bosrand, een leegstaand lcippenbedrijf konden overnemen en daar serieus met geiten begonnen, moesten ze ervan bestaan. Margot vindt van zichzelf dat zij vooral de idealistische kant vertegenwoordigde, 'Toon zorgde altijd wel dat het realistisch bleef. Geiten eisen weinig investering. De meerwaarde creëer je zelf door de arbeid die je erin steekt, het is heel arbeidsintensief om ze te houden, te melken en kaas te maken. Maar het eerste is dat jijzelf in even wicht bent met de geiten, zegt Margot. 'Het aantal geiten dat je hebt, moet je menselijke maat zijn, ze moeten je zitten als een jasje. Net als het volume en de afzet van je kaas, trouwens.' Toon en Margot zijn nooit boven de honderd geiten gegaan, het waren er meestal zo'n tachtig, nu zijn het er drieënzestig. Geiten, vindt Margot, móet je kleinschalig houden, een geit past niet bij grootscha lige veelteelt. In Brabant zijn voormalige melkvee houders dat wel gaan doen, daar zijn in de afgelopen jaren geitenhouderijen gekomen, ook biologische, waar ze duizend geiten gingen melken. Die worden jaarrond binnen gehouden, omdat die boeren geen grond voor ze hebben. De melk wordt geleverd aan de zuivelfabriek, die kan zoveel geitenkaas niet afzet ten. Door de overproductie is de melkprijs gezakt, en de geitenlcaasfabrieken kunnen het op hun beurt niet bolwerken. Margots afzet ondervond een paar maan den last van het dumpen van hun kaas. 'Wat wij deden paste in de creatieve sfeer van der tig jaar geleden, dat was toch een mooie tijd.' vindt Margot achteraf, 'al maakte het mij erg onrustig. Je had de vrouwenemancipatie, daar wilde ik niets van missen. Nu pas heb ik veel meer innerlijke rust, en kan ik veel meer van de geiten genieten. Ik merk het aan ze. Ze zijn productiever, hun melk is beter.' Afzet voor de geitenkaas vinden eiste veel uithou dingsvermogen. 'Ik stond overal met mijn bolletjes geitenkaas op de marlet, op Belgische markten, en hier. Het verschil is, in België proeven ze, en als ze je kaas waarderen, dan mag het wat kosten. Hier kopen ze met de hand op de knip.' 22 Zeeuws Tijdschrift 2005/3-4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2005 | | pagina 24