PAND 25 MAAKTE DE TONGEN LOS
Vegetarisch eten in Hu 1st (1983-1987)
Familialen 12
I. I
Aan het begin van de jaren tachtig van de vorige eeuw
kende Hulst een levendige jongerencultuur. Brandpunt
vormde het Houtenkwartier waar het Open Jongeren
Centrum (OjC) optredens van grensverleggende musici
organiseerde. In de discotheek De Schuur buiten de
wallen klonken de tonen van Let's Get Physical en
op het terras van het café Oud-Antwerpen aan de
Beestenmarkt kon tot zonsondergang weggedroomd
worden.
Paulvan der Velde
Henk Postma doet van deze leefwereld uitgebreid
verslag in zijn artikel 'Hemel en Hel in Onderhuids
Hulst' (ZT41 (1991) nr. 6). Daarin bespreekt hij de
alternatieve eetcultuur niet. Hoe was het om in die
tijd een vegetarisch eethuis op te zetten en uit te
baten? Op het terrein van alternatieve voeding was er
begin jaren tachtig in de gemeente Hulst de natuur
voedingswinkel De Tingel in de Grote Bagijnestraat.
Verder was er de Geitenkaasmakerij De Pint in St.
Jansteen. Een grote dosis idealisme lag aan deze parti
culiere initiatieven ten grondslag.
Begin jaren tachtig heerste in Nederland grote
werkloosheid. In Zeeland en vooral in Zeeuws-
Vlaanderen lag de jeugdwerkloosheid rond de twintig
procent. Tegen die achtergrond werden op landelijk
en provinciaal niveau werkeloosheidsprojecten opge
zet.
Experimentele Arbeidsprojecten
Het idee voor de oprichting van een vegetarisch res
taurant werd geboren in oktober 1981 toen Marjan
Inghels en Marianne Perdaen al enige tijd werkloos
waren. Vanuit hun alternatieve levensfilosofie waarin
gezond biologisch eten centraal stond, ontwikkelden
72 Zeeuws Tijdschrift 2005/3-4
ze het idee voor een vegetarisch restaurant annex
cursuscentrum voor gezond koken. Het eethuis zou
moeten uitgroeien tot een alternatief ontmoetings
centrum. De vegetarische restaurants rezen in de
grote steden als paddestoelen uit de grond en in heel
Zeeland was er nog geen te vinden. Daar moest veran
dering in komen. Ze vonden Thérèse Bruggeman en
Andrea Zohlandt bereid hun plan te ondersteunen en
gezamenlijk trokken ze verder op. Een naam voor de
stichting die ze nodig hadden hun ideeën te concreti
seren was snel gevonden: Klavertje Vier.
De vrouwen spraken met Gemeenschapswerk
Werk Hulst. Deze organisatie wees hen op de
Experimentele Arbeidsprojecten Jeugdige Werklozen
(EAJW) van het Ministerie van Sociale Zaken. Met
de steun en bemiddeling van Bram Coomans, coör
dinator van de Provinciale Stuurgroep Werkloosheid,
werd de aanvraag voorbereid en begin 1982 naar het
ministerie gezonden. De EAJW-regeling hield in dat
een project voor maximaal vier jaar een loonkosten
subsidie ter beschikking werd gesteld. In totaal werd
voor vier jaar voor vier personen 122.000 gulden
aangevraagd. In feite betrof het werk met behoud van
uitkering.