12 VAN RENTERGHEM rijke zaak. Bij mijn eerste bezoek aan de kliniek in Goes was ik zeer getroffen. Ik heb de neiging bij het zien van iets nieuws en belangrijks ter stond daar geestdriftig op in te gaan. Dikwijls moest ik dat duur bekopen. In dit geval echter, had ik mij niet vergist'. De maatschap tussen Van Eeden en Van Ren- terghem in Amsterdam houdt zes jaar stand. Er is sprake van wederzijds respect, maar niet van echte vriendschap. Voor Van Renterghem is het Instituut Liébeault zijn levenswerk. Hij gaat er volledig in op en wordt door veel patiënten op handen gedragen. Tekenend voor de dan nog niet als noodzakelijk ervaren afstand tussen thera peuten en patiënten is dat de familie van Van Renterghem herhaaldelijk patiënten meeneemt op vakantie. Op zeker moment kunnen de patiënten tegen een geringe financiële vergoeding zelfs in huize-Van Renterghem logeren. Internationale congressen Al gauw wordt duidelijk dat Van Eeden het en thousiasme van zijn collega lang niet altijd deelt. Van Renterghem verdiept zich in zijn vak. Voor en na de eeuwwisseling bezoekt hij de grote in ternationale congressen voor psychiatrie, neuro logie, psychotherapie en hypnotisme. In Parijs vertegenwoordigt hij in 1887 het Instituut Lié beault. Hij beheerst het Frans beter dan Van Ee den. Ook Van Eeden is in die periode in Parijs, niet als congresganger maar als bezoeker van Vincent van Gogh, die dan te St. Rémy - korte tijd voor hij zich het leven beneemt - in een psychia trische inrichting wordt verpleegd. Van Renterghem bezoekt later ook de interna tionale congressen van München (1896 en 1911), Brussel (1897 en 1910), Parijs (1900), Amsterdam (1901 en 1907), Weimar (1911) en Den Haag (1920). Tijdens die congressen maakt hij kennis met de grote psycho-analytici van zijn tijd: Sieg- mund Freud, Carl Gustav Jung en Alfred Adler. In het Zwitserse Küssnacht is Van Renterghem in de zomer van 1912 voor een psycho-analyse langdu rig te gast bij Jung. Viermaal per week onder werpt Van Renterghem zich aan zijn leermeester. Hij is dan al 67 jaar, maar geniet nog dagelijks van de nieuwe inzichten. 'Dr Jung interpreteert mijn droomen en geeft vaak breede uitleggingen van vraagstukken, die met deze verband houden. Je kunt niet gelooven, wat een onmetelijk veld de nieuwe psychologie aanbiedt en hoe dit nog grootendeels braak ligt. Het geldt hier niet alleen een techniek vormen van droomduiding en be handeling van neurosen, maar veeleer het schep pen van eene nieuwe wetenschap, die een totale omwenteling beoogt, zoo van de normale als van de pathologische psychologie, mitsgaders van pa- edagogie en sociologie. Daarvoor zijn noodig uit gebreide studies op het gebied der oudheid kunde, land- en volkenkunde, van godsdienstleer met al den aanhang vandien. Maar ook vraagt de wetenschap de noodige werkers, jonge krachten, die wetenschappelijk goed onderlegd zijn en vooral voelen voor de zaak. Wat mij persoonlijk betreft zal ik me moeten tevreden stellen met een overzicht te verkrijgen van wat er eenmaal zal moeten komen, mij moeten bepalen bij wat prac- tisch noodig is om met het theoretisch weten wat ik bezit, nuttig te zijn voor mijn patiënten, die voor psycho-analyse in aanmerking komen'. Droom uitleggi ng Van Renterghem vraagt Jung één droom in het bijzonder uit te leggen. Het is de hardnekkige droom waarin hij zich zelf in een ruimte ziet staan. Zijn hoofd is van de romp gescheiden en wordt door hem in de rechterhand vastgehouden. In een belendend vertrek staan drie chirurgen, maar door één bepaalde chirurg wil hij niet ge holpen worden. Dan eet hij een spier van de hals op en later ook spieren van een arm en een been. Ten slotte ontwaart hij vaag een tweede lichaam. Jung interpreteert de droom als volgt: Van Renterghems gebrek aan kennis van de psy- cho-analyse wordt gesymboliseerd door de romp zonder hoofd. De drie chirurgen zijn de analytici Freud, Jung en Stekel. Door één, Stekel, wil hij niet geholpen worden. Diens droomuitleggingen zijn te plat seksueel. Het opeten van de spieren duidt op het willen behouden van de therapeuti sche gaven die hij al bezit. Het tweede lichaam is de nieuwe collega op het Instituut Liébeault, dr. A. van der Chijs, die ook nog onbekend is met de psycho-analyse en als tweede de 'operatie' wil ondergaan. Na de weken in Küssnacht keert Van Renter ghem opgetogen terug naar Amsterdam. Hij voelt zich weliswaar te oud om zich nog diepgaand in de psycho-analyse te specialiseren, maar ronduit opgetogen is hij wrel over weer een nieuwe hori zon. Het contact met Jung blijft sindsdien harte lijk. In Amsterdam is Jung in 1913 drie dagen te gast in het huis van Van Renterghem aan de Frans van Mierisstraat. Wanneer rond die tijd tus sen Jung en zijn vroegere leermeester Freud een onoverbrugbare kloof ontstaat over zaken als het bewuste, het onbewuste en de libido - het door Freud voorgestelde begrip van cle seksuele drift kiest Van Renterghem overigens de zijde van Freud. Wanneer vervolgens ook Adler Freud af valt, noteert Van Renterghem met spijt: 'Het is nu met de Analyse als destijds met de Hervorming. Met een beetje goeden wil ontdekt men hier ne vens Luther, een analytischen Melanchton, een dito Zwingli etc.'.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1994 | | pagina 14