VERZAMELINGEN
31
André Bil
EEN BIJZONDERE AFWIJKING BIJ EEN BIJZONDER DIER: EEN PATHOLOGISCHE AFWIJKING AAN
EEN RIB VAN DE WOLHARIGE MAMMOET UIT DE COLLECTIE VAN HET ZEEUWS GENOOTSCHAP
Diagnostiek bij de hedendaagse dierenwereld is boeiend, maar het onderkennen en beoordelen van pa
thologische afwijkingen bij restanten van pleistocene zoogdieren geeft een extra dimensie aan het veteri
naire beroep.
De collectie fossielen van pleistocene zoogdieren
van het Zeeuws Genootschap bevat veel over
blijfselen van de Mammuthus primigenius (Blu-
menbach, 1799), de wolharige mammoet. Het
Pleistoceen is het tijdperk der ijstijden, ruwweg
van 2,3 miljoen tot 10.000 jaar geleden.
Bij het conserveren, determineren en rubrice
ren van de verzameling botten worden regelma
tig nieuwe ontdekkingen gedaan. Elke keer dat
de botten door je vingers gaan, bekijk je ze weer
op een andere manier en af en toe vallen onbe
kende details op.
Fracturen
Eén van deze stukken trok in het bijzonder onze
aandacht: een klein fragment van een rib die dui
delijk een genezende fractuur (botbreuk) ver
toont (GV1991-42-Destelbergen). Het dier waar
van het ribfragment afkomstig is, heeft dus tijdens
zijn leven een rib gebroken, maar is daardoor
Afb. 1: Rib nr. GV 1991-
42. Links is de normale
struktuur van de rib te
zien, rechts de fractuur
plaats met de callusvor-
ming. Foto: F. Viergever,
Vlissingen.
niet zozeer gewond geraakt, dat het spoedig
daarop is gestorven.
Geprikkeld door deze vondst hebben wij naar
andere in Nederland aanwezige botten gezocht,
vooral ribben, met pathologische afwijkingen. In
de collectie van Dick Mol, een bekend amateur
paleontoloog, bevinden zich twee ribfragmenten
met intravitale fracturen (nrs. 1298 en 1300). Het
zijn delen van ribben. Complete vergroeiing (dus
totaal fractuurherstel) is niet opgetreden. Wat is
de oorzaak geweest van de verstoring van de
normale botstructuur? Om hierop een antwoord
te krijgen, dienen we allereerst te weten dat
beenweefsel levend weefsel is en niet een rigide
skelet. Ten gevolge van tractie en druk kan niet
alleen de uitwendige vorm, maar ook de inwen
dige structuur veranderen.
De beenderen dienen als frame en harnas voor
de zachte delen van het lichaam en als aanhech-
tingspunt voor ligamenten en spieren; hierdoor
kan beweeglijkheid van het lichaam ontstaan. In
dien de krachten die op het beenweefsel worden