TEMPELIERS
3
Afb. 3: Het poldergebied
rondom Zaamslag met
het Tempelhof. Kopie-
kaart van een in Middel
burg verbrand exemplaar
(collectie Stichting Axelse
Boerenkamer, Axel).
De belangrijkste en tevens oudste weergave
van het Tempelhof treffen we op de zogenaamde
Dampierre-kaarten aan. Dit zijn zestiende-eeuwse
en latere kaarten van Noord Vlaanderen en Zee
land, die aangeven hoe deze gebieden er circa
1280 uitzagen10. Op deze kaarten is echter het
iconografisch aspect belangrijker dan het histo
risch aspect; het Tempelhof is namelijk als een
eenbeukige kerk weergegeven, evenals bij voor
beeld de parochiekerk van Hengstdijk, Huughers-
luus of Hertinghe11.
Op enkele eertijds in het Rijksarchief in Zee
land bewaarde kaarten vinden we echter meer.
Vlak voor hun verbranding zijn deze kaarten na
getekend en de kopieën bevinden zich nu te
Axel in de collectie van De Axelse Boerenkamer.
We treffen er een gebouw met een torentje op
aan dat het Tempelhof voorstelt. Naar mijn me
ning heeft ook dit tekeningetje eerder iconografi
sche dan historische waarde. Vastgesteld kan
worden dat het Tempelhof tijdens zijn bestaan
toch een zodanig opvallende nederzetting moet
zijn geweest, dat het de cartografen ertoe heeft
gebracht het gebouwencomplex weer te geven.
Tenslotte bevindt zich nog een opmerkelijke
kaart in de Archives Nationales te Parijs. Deze
achttiende eeuwse kaart geeft de verspreide lig
ging van de voormalige goederen van de Orde
rondom Zaamslag weer. De donker aangegeven
percelen moeten tot de Orde hebben behoord.
Het lijkt erop alsof de ridders in die tijd hebben
geprobeerd hun goederen te recupereren. De
kaart geeft geen duidelijke site weer waar de
hoofdgebouwen gestaan zouden kunnen hebben,
maar kan voor archeologen wel aanleiding vor
men ook eens tussen het dorp Zaamslag en de
huidige Groenstraat onderzoek te doen.
De geschreven bronnen
De geschreven bronnen van de Orde berusten
grotendeels in het Staatsarchief te Valetta (Malta)
en ten dele ook in de Archives Nationales te Pa
rijs12. Daar blijkt zich ook enig iconografisch ma
teriaal te bevinden". Voor reislustige geschiedbe-
oefenaars ligt er dus nog een groot terrein braak.
Voor dit artikel kon van deze bronnen nog nau
welijks gebruik worden gemaakt. Wel zijn afge
leide bronnen benut, waaronder zich oorkonden,
everingboeken en dijkrekeningen bevinden. Op
grond van het beschikbare bronnenmateriaal krij
gen we het volgende beeld.
Rond het jaar 1200 deden de Tempelridders
hun intrede bij Zaamslag en stichtten volgens
Gottschalk ten westen van het dorp een com
manderij. In november 1200 kregen de ridders
ook grondbezit benoorden Zaamslag1'. Zaamslag
groeide daardoor uit tot het uitbatingscentrum
van de Orde in de Vier Ambachten bij uitstek.
Over overige activiteiten van de Orde in deze tijd
is weinig of niets bekend15.
Net als andere grote, institutionele grondbezit
ters breidden de Tempeliers hun grondbezit in de
Vier Ambachten uit met moeren (Zelzate), tien
den en andere rechten, etc."'. Het moergebied
van de Orde strekte zich uit tussen Cromhoucke
en Zelzate, dus op de grens van het Assenerder
en Axelambacht17. Hoe groot de omvang van dit
moer was, is niet bekend. Ook in de parochie
van Hontenisse verwierf de Orde grondbezit'".
Het tiendbezit strekte zich in het Assenederam-
bacht voornamelijk uit in de parochies Vremdij-
cke, Willemskercke, Hertinghe en Steenland'". Te
gen het einde van de dertiende eeuw was het
Tempelhof te Zaamslag flink gegroeid. Rogghé