KEES PRONK
141
rï^s?r:
Afb. 3. Vanuit zijn kantoor had Pronk dit uitzicht op de haven van Yerseke (particuliere collectie).
bus Water over Holland met titels van H. Sturm
en J.W. Ooms (Zomer en Keuning, Wageningen)
1955 Wij dwaalden allen, feuilleton in het
weekblad De Spiegel (1 oktober-24 maart 1956)
1957 De zoon en zijn moeder (Zomer en Keu
ning, Wageningen)
1958 De bestemming (Zomer en Keuning, Wage
ningen)
1958 De geldschieter (J.N. Voorhoeve, Den
Haag); als feuilleton in het Reformatorisch Dag
blad verschenen, waarschijnlijk in 1990.
1958 Keessie, feuilleton in het weekblad De
Spiegel (18 januari-2 augustus).
I960 Het onweer, als roman (J.N. Voorhoeve,
Den Haag) en als feuilleton in het blad De Blijde
Boodschap.
1963 Het grote waagstuk. (J.N. Voorhoeve, Den
Haag)
1964 De schout van Yerseke, jongensboek (W.D.
Meinema, Delft)
1977 Oesters (Opus 2, Kortgene)
1979 De vissers van Ter Veere, jongensboek (J.N.
Voorhoeve, Den Haag)
1983 De vissers van Ter Veere, als feuilleton in
het Reformatorisch Dagblad (12 januari—25 juni).
1981 Als de oesters sterven, in een streekroman
omnibus met titels van J. van Dijk en J. de Vries
(La Rivière-Voorhoeve, Zwolle).
1983 Een kleine oorlog aan de Schelde, in een
omnibus met de titel Het loon van de oogst, met
titels van C. Claes en C.J. Ooms-Vinckers. (La Ri
vière, Zwolle, en Voorhoeve, Den Haag).
1985 Kuipers en reders in crisistijd (De Draak,
Vlaardingen)
1986 De geur van de herfst, trilogie met: Vlucht
route voor het avondland, Het onvoltooide verle
den, Een jongen als Thomas (La Rivière, Zwolle,
en Voorhoeve, Den Haag)
1987 De verloren jaren, in een omnibus met de
titel Tegenwind, met een titel van J. ten Berge-
Schulze (La Rivière-Voorhoeve, Zwolle).
1987 Het geschonden bestaanin een omnibus
met de titel Liefde overwint, met titels van H.
Thijssing Boer en A. Jongkind (La Rivière-Voor
hoeve, Zwolle)
Exposities van schilderijen en tekeningen
Kees Pronk was veelzijdig. Hij schreef als hobby,
maar tekende en schilderde ook. In De Koerier,
een weekblad voor oostelijk Zuid-Beveland,
wordt reeds op 8 januari 1949 een tentoonstelling
genoemd van werk van Yersekse kunstenaars die
te zien is in de etalage van de heer Butijn. Met
name Kees Pronk wordt door de recensent in het
