28 GENOOTSCHAPSVERZAMELING]; Het stadhouderlijk bezoek, van 1786 Problemen dwongen stadhouder Willem v er in het najaar van 1785 toe Den Haag te verlaten. Met zijn vrouw en kinderen overwinterde hij op het Loo, waar hij in mei 1786 de wens uitsprak Zeeland weer eens te bezoeken. Van Lynden van Blitterswijk, representant van de Eerste Edele, nam de organisatie op zich en op zondag 18 juni arriveerde het hoge gezelschap in Middelburg, waar men zijn intrek in de Abdij nam." Van hier uit werden de steden en dorpen van Zeeland be zocht. In eerste instantie beperkte men zich tot Walcheren. De lokale notabelen kregen één voor één de kans het stadhouderlijk gezelschap te ont vangen en iedereen spande zich in het stadhou derlijk gezin op een adequate manier te amuse ren. Bijna dagelijks werden er soupers en bals gehouden. Vooral in Middelburg, waar men hier voor afwisselend de grote zaal van de sociëteit van St. Joris en particuliere woningen gebruikte. In de beschrijving van al deze partijen wordt steeds weer melding gemaakt van de fraaie illu minaties van tuinen en gevels. Op 27 juni bezochten cle stadhouder en zijn entourage Vlissingen. Overal in de stad hingen vlaggen en wimpels. Ook waren erebogen opge richt, die na het middagmaal tijdens een wande ling door het hoge gezelschap bewonderd wer den. Drie inwoners van de stad werden die middag met een kort persoonlijk bezoek vereerd: burgemeester Van Dishoeck, paardenmenner Benjamin Catteau en Elisabeth d'Ailly, de we duwe van Jacob Clijver. Deze krasse oude dame, die volgens de annalen 'een buitengewoone be geerte had om voor haare verscheiding uit dit haar een-en-tachtig jaarig leeven, den Vorst op deeze gedenkwaardige dag te moogen zien en spreeken', was de moeder van Pieter Jacob. De prins en prinses bezochten haar in haar woning aan de Bierkaai, waar zij een 'aangenaam en christelijk' gesprek voerden. Haar zoon, op dat moment burgemeester van de stad, had eerder op de dag al het genoegen mogen smaken met de stadhouder te eten. 's Avonds werd ter gele genheid van het bezoek de hele stad verlicht. Alle erepoorten en verschillende particuliere wo ningen waren 'konstig verlicht'. Of Pieter Jacob Clijver ook zijn huis heeft laten illumineren, is jammergenoeg niet bekend. De enige particulier die apart vermeld wordt, is kapitein Pieter Brand junior. Deze had op zijn huis in de Nieuwe Wal- straat de eerste letters van cle namen van de prins, de prinses en hun drie kinderen laten aan brengen; in totaal 26 letters, in drie verlichte rijen geplaatst en bekroond met twee kruislings ge schilderde takken waaraan vijf oranje appels hin gen. In de daaropvolgende dagen lijkt heel vooraan staand Walcheren zich ingespannen te hebben huis en tuin te illumineren. Op 3 juli liet bijvoor beeld bewindhebber Godin de ramen van cl koepel van zijn Middelburgse huis met chassinet ten versieren, waarop onder meer de Pruisisch arend, zonnestralen, lauwerkransen, kronen, ee in zijn staart bijtende slang en piramides te zie waren. Admiraliteitssecretaris Thibaut richtte op juli een Chinese tent in zijn tuin op, waar verlici door lampions in Chinese kledij gestoken muz kanten de gasten amuseerden. De Middelburgs schepen Kien van Citters overtrof ieders stoutsi verwachtingen. Hij had op 25 juli zijn tuin iru behulp van drie bogen in tweeën gedeeld en in het achterste gedeelte drie grote schermen opgc - steld. Op het middelste scherm zag men twe leeuwen het stadhouderlijk wapen vasthoude met daarboven een oranjeboom op een roi waaruit drie spruiten (de vorstelijke telgen) schc ten. In het verschiet waren heuvels die uit de ze oprezen en een rijzende zon te onderscheider Op cle andere twee schermen waren cle name van het prinselijk paar te lezen. Toen cle hog - gasten de tuin betraden en de door enige lam pions verlichte schermen bewonderden, werclei deze echter plotseling omhooggetrokken, waaro] zij 'een tooneel voor zich hadden, zoo verruk kend! zoo glansrijk! dat het de gantsche aanzien lijke menigte verbaasde'. De tuin was werkelij! schitterend geïllumineerd, twee fonteinen spoten hun stralen de lucht in en een enorm vuurwerl barstte los. Hier kon niemand tegen op. ook Pie ter Jacob Clijver niet die op 21 juli de eer had ge noten het stadhouderlijk gezin thuis te moger ontvangen. Hoewel hij zijn tuin volgens de be schrijving 'bijzonder glansrijk' geïllumineerd had waren nadere details volgens de auteur van Vet heugd Zeeland overbodig. Het cbassinet Toen Frederik Nagtglas het Zeeuws Genootschaj het chassinet van Clijver ten geschenke deet meldde hij dat het vermoedelijk tijdens het stad houderlijk bezoek in 1786 gebruikt was. Dit zo dan of op 27 juni bij het officiële bezoek aan Vlissingen geweest moeten zijn of op 21 juli ti dens het privé-bezoek aan Clijver. Nadere be schouwing maakt dit echter onwaarschijnlijk. He; chassinet heeft geen hoge kunstwaarde. Een pro fessionele schilder is hier zeker niet aan te pa gekomen. Het lijkt eerder op een staaltje huisvlij en bij het bezoek van de stadhouder zal Clijvei die zich tot cle Vlissingse elite rekende, ziel i geenszins met een dergelijke decoratie hebbei i willen presenteren. De tekst op het chassint strookt evenmin met de mededeling van Nagl glas. Hier heet Clijver 'oud burgemeester' ei 'rentmeester van zijn doorlugtige hooheyt'. Ii 1786 was Clijver in functie als burgemeester. Prin

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2001 | | pagina 34