Boekbesprekingen cianu IZ.j J.L Kool-Blokland, De rand van 't land. Waterschapsgeschiedenis van Schouwen en Duiveland. Middelburg 2003 (Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen serie Werken deel 13). 304 biz., ill., krtn., iitt. ISBN 90-70534-36-3. Prijs: 42,50. In recente jaren is de Zeeuwse geschiedschrijving verrijkt met diverse boeken die de waterstaatsge schiedenis van afzonderlijke regio's behandelen. Inmiddels zijn er publicaties verschenen over Zuid-Beveland tijdens de Middeleeuwen, Walcheren, Oost- en West-Zeeuws-Vlaanderen tot 1500, het oostelijke deel tot 1609, waarvan dan weer alleen het gebied rondom Hulst tot op heden is beschreven. En nu is er een boek over de waterschapsgeschiedenis van Schouwen en Duiveland uitgekomen. Witte vlekken blijven vooralsnog Midden- en West-Zeeuws-Vlaanderen na 1500 en de beide Bevelanden na 1600. Het meest relevant blijken die boeken te zijn, die niet in opdracht van een of ander waterschap zijn samengesteld, maar als proefschrift of als gewone academische publicatie zijn verschenen. Deze laatste categorie heeft onze collectieve kennis van en inzicht in de waterstaatsmaterie het meest verrijkt. De in opdracht van water schappen samengestelde publicaties zijn boeken die vooral leesbaar moeten blijven en een lust voor het oog dienen te zijn. Veel plaats voor een diepgaande analyse van de materie is er in dergelijke boeken zelden. Voor ons ligt het boek dat in opdracht van het voormalige Waterschap Schouwen en Duiveland is gemaakt en in de reeks Werken van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Weten schappen is uitgegeven. Het boek van Hannie Kool-Blokland past qua formaat, qua opmaak en zelfs qua omvang uitstekend bij de andere boeken op genoemd vakgebied: niet direct handzaam in het gebruik, maar wel een lust voor het oog, want de bladspiegel laat een maxi male grootte toe om kaarten en ander prachtig illustratiemateriaal af te beelden. Het boek is chronologisch opgedeeld in vijf delen. Deel I gaat in op de periode voor 1600, deel li behandelt de tijd tussen 1600 en 1795, deel m gaat over de Franse Tijd, deel IV neemt de lezer mee naar de periode 1815 tot 1914 en in deel V behandelt de schrijfster de jaren dertig, de ramp van 1953 en kijkt ze vooruit, de toekomst in. Kool-Blokland gaat met grote stappen door de vroegste landschapshistorie van het gebied heen, waarschijnlijk terecht, want hierover verschijnt op termijn Frans Beekmans proefschrift. In hoofdstuk 1-1 wordt de waterschapsorganisatie uitgelegd. Vijf gebieden waren verantwoordelijk voor het dijkonderhoud. Om de controle op de vijf te vergroten en om tevens meer financiële armslag te krijgen, werd daarboven in 1425 een centraal orgaan gezet. Dit centrale bestuurs orgaan functioneerde tot 1795. Hoofdstuk 1-3 gaat in op de gevaren die de zeedijken bedreig den: onder meer de moernering, waardoor het maaiveld verlaagd werd, de bouw van inlaag- dijken, de vele watervloeden tijdens de zestiende eeuw en de dijkvallen. De schrijfster vraagt zich vertwijfeld af wat er allemaal misging, maar geeft geen afdoende en/of samenhangende verklaring. Het hoofdstukje eindigt met de Spaanse acties in 1575 op Schouwen. Hoofdstuk i-4 bestaat uit twee bladzijden, waarin wordt gezegd dat dijkonderhoud erg duur was, veelal meer kostte dan de opbrengst van het land. In hoofdstuk 1-5 zoekt zij vervolgens naar verklaringen voor al die ellende: de stroming die voor de dijkvallen verantwoordelijk is, het onderlinge gekrakeel dat daadkrachtig bestuur, lees: wellicht financiële ondersteuning voor dijkonderhoud onmogelijk maakte, het systeem van hevenen. Ten slotte grijpt de Brusselse regering in met steun en doet allerlei suggesties voor technische aanpassingen (dammen, hoofden, hogere dijken). Hoofdstuk 1-6 sluit het eerste deel van het boek af met de Spaanse acties rondom Zierikzee in 1575-1576. Een opvallend eerste deel in het boek van Kool- Blokland. Het is duidelijk dat de schrijfster Fokker nauwkeurig erop na heeft gelezen en de schaarse akten, ordonnanties en charters die over de materie door hem en anderen zijn gepubliceerd, heeft geraadpleegd. Ook is duidelijk dat die oogst erg mager is en dat zij grote problemen heeft gehad de materie op een goed gestructureerde Boekbespreki ngen 115

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2003 | | pagina 41