Dorpscentum Zoutelande met kerk en arbeidershuisjes. Aquarel uit 1865 door A.H. Bakhuijzen jr. Zeeuws Archief, Zeeuws Genoot schap, ZI, 11-1338. schets", zo waardeerde het Zeeuws Dagblad het artikel; het tekende "de somberheid van veler bestaan op Walcheren, het zich niet kunnen ont worstelen aan de omstandigheden... zonder opstand." In 1982 werd 'Van de Geerse's' door Andreas Oosthoek in de PZC een "veelbesproken, druk beschreven opstel" genoemd.3 In 2004 wees Oosthoek erop dat Van Scha- gens Zeelandbeeld "voor een bepalend deel het beeld van Walcheren" is. Hij noemde Van Scha- gens geschreven nalatenschap voor zover die over Walcheren gaat, "een veelkleurige bijdrage aan de sociale geschiedschrijving van Walcheren in de vorige eeuw". Oosthoek relativeert echter. "Als belangrijkste document, zelfs als kenschets bij uitstek van de Zeeuwse mens wordt vrij alge meen zijn verhaal van de Geerse's aangehaald. Men moet, ook daarmee, maar wat voorzichtig zijn. Zeker is in elk geval, dat zeer weinig buiten- Walcherse Zeeuwen zich zullen herkennen in de tekening van de buigzame, wat onderdanige kleine man die een leven lang berust in de weten schap dat zelfs de hoogste heer wat aarzelde om een gebogen hoofd af te hakken."4 Oosthoeks voorbehoud is heel terecht. Het opstel gaat in eer ste instantie niet over Zeeuwen buiten Walche ren, hoewel Van Schagen zegt dat er toch veel algemeen-Zeeuws in die Walcherse Geerse te her kennen is. Maar Oosthoek had nog een ander voorbehoud kunnen noemen. Het opstel handelt niet zozeer over de twintigste eeuw, maar veeleer over de negentiende, met een echo - dat wel - in de eerste helft van de twintigste. Ook anderen hadden dat al opgemerkt. "De Geerse's", zo schreef Middelburger M.C. Verburg in 1960, "zijn niet meer van vandaag." En een redacteur van de PZC wist het in 1969 ook: het ging om "het karakter van de vroegere Walcherse landarbei der".5 De Geerses "Er gaat door onze familie een trek, die we allen kennen, die ons dikwijls ergert en die ons wel erg lief is", schrijft Van Schagen. "Als we erop stui ten, zeggen we: daar heb je de Geertse weer." Hij legt dan uit dat ze komt van zijn opoe Pietje Geertse, maar dat die naam altijd zonder de t werd uitgesproken uit overwegingen van nede righeid: "We weten onze plaats en dat is ook beter 90 J.C. van Schagen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2015 | | pagina 4