85
zucht, list,en bedrog,doch ontijdige openbaring is des
niet te min aftekeuren. De groote Grondlegger onzer
vrijheid werd de zwijger genoemd en niemand onzer zal
hem echter yanslechte geyeinsheidbeschuldigen. Omstan
digheden waarin ook zij ne doorluchte Nazaten zoo menig
maal gewikkeld waren, hebben die heilzame beheersching
des geestes geyorderd en openhartigheid in alles zou
den staatsman menigmaal het roer des staats doen ver
liezen. Intussclien zou ik wel beginnen te schijnen, mij
meer tegendan voor het spreekwoord te verklarenen
dit is echter geheel anders.
Wij willen dus nu tot het contrarie overgaanen zien
wat rjoed rond ismaar ook hier moet ik tussclien beide
den vorm mijner eerste behandeling volgenom door het
negatieve het positieve op te helderen. Wij plaatsen
ons daartoe allereerst in den rang des gemeenen levens
en veilalen de stadszaal.
Dezelfde vader wimivan wien ik zoo even sprak
was anders zij nen vertrouwden een openhartig en gulhar
tig vriend. Echter merk ik hier in het voorbijgaan, dit
op: dat ook de Staatkunde nooit geveinsdheid wettigt, en
dat een staatsmandie beweren kan dat men zijn spraak
vermogen heeft ontvangenom zij ue gedachten te beman
telen op zijn zachtst genomen een schurk is, al bediiegt
hij zijn bedriegelijk vaderland niet. Onze staatsmannen
hebben het altijd, en ook in de laatste jaren anders be
wezen, en een enkel voorbeeld uit de geschiedenis van