158 daar liggendederzelver naam, zoo als Tihïl,Bomh.il, Braakhil, enz.en ontlastten zich beide vei eenigd langs verschelden monden in de Noordzeete wetentusschen Bloemhilsclijk en Breehil (nu Brielle)tusschen Goeree en Hilvootof voetof eind der Hel; en tusschen Goeree Hellemeet en Helkerzee op het eiland Schouwen. Het is verbazend wanneer het toen en het heden door de beschouwing van twee landkaarten ons duidelijk zigtbaar wordtwelke ontzettende verwisseling in die uitstroommg der monden van dit Helium of den JVahil heeft plaats gehad. Waar toen volgens rruxus de Ro meinen met een talrijke vloot in zee slaken, vond men nu in eene tak der Helium ten minste geen spoor van water meer; het zand is geheel verland en daarwaar thans do dorpen Helkerzee en Hellemeet liggen, ziet men slechts akkergronden niet ver van daar de vaste duinen die bolwerken tegen de zee. Waarschijnlijk waren deze dorpen of toen geheel niet aanwezig, of slechts geringe buurten en daar waar de mond der rivier zich 111 de Noordzee ontlastte is thans de hofstede de Hel te vinden. Zie luer, wat ikin de aloude geschiedenis lezende, genoegzaam belangrijk oordeelde voor het publiek om zaam te vattenen aan hetzelve in den Zeeuwschen- Almanak aan te bieden. Zieriksee. M.r w. j. p. kroep.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1836 | | pagina 194