178
Geeu grooler hoogmoed dan te groote nederigheid.
Geen grooter dwaasheid dan te groote wijsheid.
Geen grooter hardvogtiglieid dan te leeder gevoel.
Een hoogedel geborene beroemde zich tegen de bdijter
Ad laatste van zijn geslacht te zijn. En ik hernam onze
groote Zeeheld van het mijne de eerste.
Wie was meer
De versmaat is voor de poezij wat een korset is
voor de vrouwen. Zij beletten de vrije beweging maar
geven een net figuurtje.
PUNTDICHT,
Jan las voor groot gehoor zijn lang bewerkte zangen,
'Yol treur'ge poezij.
De tranen vloeiden Klaas die 't hoordelangs de wangen
Zoo geeuwde hij.